Language of document : ECLI:EU:F:2007:33

ARREST VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN

(Tweede kamer)

1 maart 2007

Zaak F‑84/05

Wineke Neirinck

tegen

Commissie van de Europese Gemeenschappen

„Openbare dienst – Tijdelijk functionaris – Ontvankelijkheid – Verzoek in zin van artikel 90, lid 1, van Statuut – Beginsel van bescherming van gewettigd vertrouwen – Vermeende toezegging van aanwerving”

Betreft: Beroep, ingesteld krachtens de artikelen 236 EG en 152 EA en strekkende tot nietigverklaring van het stilzwijgend besluit tot afwijzing van verzoeksters verzoek om schadevergoeding en, voor zover nodig, van het uitdrukkelijk besluit tot afwijzing van haar klacht, alsmede toekenning van een vergoeding voor de materiële en immateriële schade die zij zou hebben geleden als gevolg van het feit dat de Commissie haar toezegging om verzoekster aan te werven bij het Bureau voor onderzoek en disciplinaire maatregelen, niet is nagekomen.

Beslissing: Het beroep wordt verworpen. Elke partij zal haar eigen kosten dragen.

Samenvatting

Ambtenaren – Beginselen – Bescherming van gewettigd vertrouwen


Het feit dat de verantwoordelijke van een dienst contact heeft gehad met een sollicitant voor een ambt van tijdelijk functionaris teneinde de mogelijkheid te onderzoeken om hem in zijn team op te nemen en dat hij hem te kennen heeft gegeven dat hij die opneming wenste, kan bij de sollicitant geen gewettigd vertrouwen in zijn aanwerving doen ontstaan, wanneer in geen enkel van de administratie afkomstig document een echte toezegging van aanwerving wordt gedaan, en de betrokkene door andere op het gebied van de aanwerving bevoegde ambtenaren juist is meegedeeld dat er twijfels over die mogelijkheid bestonden.

(cf. punten 81‑85)