Language of document : ECLI:EU:F:2012:66

ARREST VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN
VAN DE EUROPESE UNIE

(Eerste kamer)

22 mei 2012

Zaak F‑109/10

AU

tegen

Europese Commissie

„Openbare dienst – Arbeidscontractanten – Pensioenen – Uitkering bij vertrek”

Betreft: Beroep, ingesteld krachtens artikel 270 VWEU, van toepassing op het EGA-Verdrag op grond van artikel 106 bis ervan, waarbij AU primair vraagt om nietigverklaring van het besluit van de Commissie houdende weigering om hem een uitkering bij vertrek te betalen.

Beslissing: Het beroep wordt verworpen. Verzoeker zal zijn eigen kosten dragen en wordt verwezen in de kosten van de Commissie.

Samenvatting

Ambtenaren – Arbeidscontractanten – Uitkering bij vertrek – Voorwaarden voor toekenning

(Ambtenarenstatuut, bijlage VIII, art. 12)

Uit de bewoordingen van artikel 12, lid 2, van bijlage VIII bij het Statuut volgt duidelijk dat het recht op de uitkering bij vertrek afhangt van de voorwaarde dat de arbeidscontractant sinds zijn indiensttreding bij de Unie ter wille van het behoud of de opbouw van zijn pensioenrechten pensioenbijdragen heeft betaald aan een nationaal pensioenstelsel, een particuliere verzekering of een pensioenfonds van zijn keuze die voldoen aan de in lid 1 van dat artikel genoemde voorwaarden. Heeft de arbeidscontractant niet een dergelijke betaling verricht, dan geeft het feit dat hij in een lidstaat pensioenrechten is blijven verwerven hem op zich dus geen recht op de uitkering bij vertrek. De bepalingen van het Unierecht die recht geven op financiële prestaties moeten immers strikt worden uitgelegd.

Op grond van artikel 12, lid 1, sub b, van bijlage VIII bij het Statuut kunnen arbeidscontractanten die bijdragen hebben betaald ter wille van het behoud of de opbouw van pensioenrechten aan een particuliere verzekering of pensioenfonds overigens alleen aanspraak maken op een uitkering bij vertrek, indien die particuliere verzekering of dat pensioenfonds aan verschillende voorwaarden voldoet, waaronder die dat gegarandeerd wordt dat de betrokken functionarissen niet in aanmerking kunnen komen voor een kapitaaluitkering.

(cf. punten 24 en 25)

Referentie:

Gerecht van eerste aanleg: 16 december 2004, Pappas/Commissie, T‑11/02, punt 53