Language of document :

Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 20 december 2017 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgerichtshof - Oostenrijk) – Protect Natur-, Arten- und Landschaftsschutz Umweltorganisation / Bezirkshauptmannschaft Gmünd

(Zaak C-664/15)1

(Prejudiciële verwijzing – Milieu – Richtlijn 2000/60/EG – Waterbeleid van de Europese Unie – Artikel 4, lid 1, en artikel 14, lid 1 – Verplichtingen om de achteruitgang van de toestand van de waterlichamen te voorkomen en de actieve deelneming van alle betrokkenen bij de uitvoering van de richtlijn aan te moedigen – Verdrag van Aarhus – Inspraak van het publiek in de besluitvorming inzake milieuaangelegenheden en toegang tot de rechter – Artikel 6 en artikel 9, leden 3 en 4 – Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Artikel 47 – Recht op effectieve rechterlijke bescherming – Project dat gevolgen kan hebben voor de toestand van de waterlichamen – Bestuurlijke vergunningprocedure – Milieuorganisatie – Verzoek tot verkrijging van de hoedanigheid van partij in de bestuurlijke procedure – Mogelijkheid om een beroep te doen op de aan richtlijn 2000/60/EG ontleende rechten – Verlies van de hoedanigheid van partij in de procedure en van het recht van beroep indien die rechten in de loop van de bestuurlijke procedure niet tijdig geldend worden gemaakt)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Verwaltungsgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Protect Natur-, Arten- und Landschaftsschutz Umweltorganisation

Verwerende partij: Bezirkshauptmannschaft Gmünd

Dictum

Artikel 9, lid 3, van het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden, op 25 juni 1998 te Aarhus ondertekend en namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd bij besluit 2005/370/EG van de Raad van 17 februari 2005, gelezen in samenhang met artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat een milieuorganisatie die conform de regels is opgericht en haar activiteiten verricht in overeenstemming met de eisen van nationaal recht, in rechte moet kunnen opkomen tegen een besluit tot goedkeuring van een project dat strijdig kan zijn met de verplichting om de achteruitgang van de waterlichamen te voorkomen, zoals deze is opgenomen in artikel 4 van richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid.

De gecombineerde bepalingen van artikel 9, lid 3, van dit Verdrag, dat is goedgekeurd bij besluit 2005/370, artikel 47 van het Handvest van de grondrechten en artikel 14, lid 1, van richtlijn 2000/60 moeten aldus worden uitgelegd, dat zij zich verzetten tegen een nationaal procesrecht dat in een situatie zoals die in het hoofdgeding aan de orde is, milieuorganisaties uitsluit van het recht om, in de hoedanigheid van partij in de procedure, inspraak te hebben in een vergunningprocedure die de uitvoering van richtlijn 2000/60 beoogt, en die het recht van beroep tegen besluiten die na afloop van een dergelijke procedure zijn genomen, alleen beperkt tot personen die deze hoedanigheid hebben.

Onder voorbehoud van verificatie van de relevante feiten en nationale wetgeving door de verwijzende rechter, moet artikel 9, leden 3 en 4, van dit Verdrag, dat is goedgekeurd bij besluit 2005/370, gelezen in samenhang met artikel 47 van het Handvest van de grondrechten, aldus worden uitgelegd dat het zich in een situatie zoals die in het onderhavige hoofdgeding aan de orde is, ertegen verzet dat een milieuorganisatie wordt geconfronteerd met een vervalregel van nationaal procesrecht, op grond waarvan een persoon de hoedanigheid van partij in de procedure verliest en dus geen beroep kan instellen tegen het besluit dat na afloop van die procedure is genomen, indien hij heeft nagelaten om reeds in de bestuurlijke procedure tijdig zijn bezwaren kenbaar te maken en, ten laatste, in de mondelinge fase van die procedure.

____________

1 PB C 111 van 29.3.2016.