Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 25 september 2018 door ClientEarth tegen het arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 11 juli 2018 in zaak T-644/16, ClientEarth/Commissie

(Zaak C-612/18 P)

Procestaal: Engels

Partijen

Rekwirante: ClientEarth (vertegenwoordigers: O. W. Brouwer, advocaat, N. Frey, Solicitor, E. N. M. Raedts, advocaat)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie

Conclusies

Rekwirante verzoekt het Hof om:

het arrest van het Gerecht van 11 juli 2018 in zaak T-644/16 (hierna: „bestreden arrest”) te vernietigen en de zaak terug te verwijzen naar het Gerecht;

de Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Eerste middel: onjuiste rechtsopvattingen en procedurele onregelmatigheden in het bestreden arrest met betrekking tot het argument dat het vrijgeven van de documenten de onderhandelingspositie van de Commissie niet kan verzwakken (punten 34-51 van het bestreden arrest) door:

het verruimen van de uitzondering naar informatie die niet specifiek verband houdt met een voorgenomen internationale overeenkomst;

de uitzondering voor internationale betrekkingen toe te passen zonder te verlangen dat specifiek wordt toegelicht hoe de openbaarmaking de internationale betrekkingen concreet en daadwerkelijk kan ondermijnen;

redenen te vervangen inzake de juridische analyse in de documenten waarom werd verzocht; en

het bewijs inzake de stand van de onderhandelingen ten tijde van het litigieuze besluit onjuist op te vatten.

Tweede middel: onjuiste rechtsopvatting in het bestreden arrest met betrekking tot het argument dat de strategische doelstellingen van de Europese Unie niet zouden worden ondermijnd (punten 52-53 van het bestreden arrest).

Derde middel: procedurele onregelmatigheden en onjuiste rechtsopvatting in de overwegingen van het bestreden arrest inzake het argument dat openbaarmaking van de gevraagde documenten het algemeen belang inzake internationale betrekkingen eerder bevordert dan ondermijnt (punten 54-58 van het bestreden arrest).

Vierde middel: onjuiste rechtsopvatting en procedurele onregelmatigheid in de overwegingen van het bestreden arrest inzake het argument dat niet-openbaarmaking voor zolang als „de onderhandelingen aan de gang zijn” in feite neerkomt op niet-openbaarmaking voor onbepaalde tijd (punten 59-67 van het bestreden arrest).

Vijfde middel: verkeerde opvatting in het bestreden arrest van de voor het Gerecht aangevoerde argumenten inzake het argument van de Commissie dat de verordening geen openbaarmaking toestaat „zolang het standpunt van het Hof van Justitie niet is gekend” (punten 68-69 van het bestreden arrest).

Zesde middel: procedurele onregelmatigheden in de overwegingen van het bestreden arrest inzake het zevende argument dat openbaarmaking niet afhankelijk kan worden gemaakt van gelijke transparantieverplichtingen voor handelspartners (punten 72-74 van het bestreden arrest).

Zevende middel: onjuiste rechtsopvatting door schending van artikel 4, lid 6, van verordening 1049/20011 bij het beoordelen van een verzoek om gedeeltelijke toegang (punten 79-90 van het bestreden arrest).

____________

1 Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB 2001, L 145, blz. 43).