Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 11 september 2020 door Christoph Klein tegen de beschikking van het Gerecht (Negende kamer) van 2 juli 2020 in zaak T-562/19, Christoph Klein/Europese Commissie

(Zaak C-430/20 P)

Procestaal: Duits

Partijen

Rekwirant: Christoph Klein (vertegenwoordiger: H.-J. Ahlt, Rechtsanwalt)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie

Conclusies

de beschikking van het Gerecht (Negende kamer) van 2 juli 2020 in zaak T-562/19 vernietigen;

het beroep ontvankelijk verklaren en vaststellen dat de Europese Commissie het Verdrag heeft geschonden door geen gevolg te hebben gegeven aan de door de Bondsrepubliek Duitsland op 7 januari 1998 ingeleide vrijwaringsprocedure met betrekking tot het geneesmiddel met EG-markering „Inhaler Broncho-Air” en door geen besluit krachtens artikel 8, lid 2, van richtlijn 93/42/EEG1 te hebben vastgesteld;

subsidiair, de beschikking van het Gerecht vernietigen en de zaak terugverwijzen naar het Gerecht voor een nieuwe uitspraak,

de Europese Commissie verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Het Gerecht heeft de feiten en de bewijzen onjuist opgevat, heeft de feiten onjuist gekwalificeerd en heeft het Unierecht geschonden, namelijk artikel 265 VWEU en het beginsel van hoor en wederhoor, voor zover het heeft geoordeeld dat het beroep te laat was ingesteld en het de individuele procesbevoegdheid van rekwirant heeft afgewezen.

Voorts heeft het Gerecht het Unierecht onjuist uitgelegd en artikel 8, lid 2, van richtlijn 93/42 geschonden.

Ten slotte is de bestreden beschikking van het Gerecht ontoereikend gemotiveerd.

____________

1 Richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen (PB 1993, L 169, blz. 1).