Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Sąd Najwyższy (Polen) op 20 september 2018 – A. K./Krajowa Rada Sądownictwa

(Zaak C-585/18)

Procestaal: Pools

Verwijzende rechter

Sąd Najwyższy

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: A. K.

Verwerende partij: Krajowa Rada Sądownictwa

Prejudiciële vragen

Moet artikel 267, derde alinea, VWEU junctis de artikelen 19, lid 1, en artikel 2 VEU en artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie aldus worden uitgelegd dat de nieuwe kamer bij de rechterlijke instantie van een lidstaat die in laatste instantie uitspraak doet, die bevoegd is om kennis te nemen van het beroep van een nationale rechter en die uitsluitend moet zijn samengesteld uit rechters die zijn geselecteerd door een nationaal orgaan dat belast is met het waarborgen van de onafhankelijkheid van de rechterlijke instanties (Krajowa Rada Sądownictwa), maar wegens de wijze waarop dat orgaan is samengesteld en functioneert niet van de wetgevende en de uitvoerende macht onafhankelijk is, een onafhankelijk gerecht in de zin van het Unierecht is?

Ingeval de eerste prejudiciële vraag ontkennend wordt beantwoord: moet artikel 267, derde alinea, VWEU junctis de artikelen 19, lid 1, en artikel 2 VEU en artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie aldus worden uitgelegd dat een onbevoegde kamer van een rechterlijke instantie van een lidstaat die in laatste instantie uitspraak doet, die voldoet aan de vereisten van het Unierecht voor een rechterlijke instantie en waarbij een beroep is ingesteld in een Unierechtelijk geschil, de bepalingen van nationaal recht buiten toepassing moet laten die haar ter zake onbevoegd verklaren?

____________