Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Högsta förvaltningsdomstol (Zweden) op 9 juni 2020 – Skatteverk / Skellefteå Industrihus Aktiebolag

(Zaak C-248/20)

Procestaal: Zweeds

Verwijzende rechter

Högsta förvaltningsdomstol

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Skatteverk

Verwerende partij: Skellefteå Industrihus Aktiebolag

Prejudiciële vraag

Is het verenigbaar met de btw-richtlijn1 , met name de artikelen 137, 168, 184 tot en met 187, 189 en 192, dat een vastgoedeigenaar die heeft gekozen voor belastingheffing over de oprichting van een gebouw en die de voorbelasting over verwervingen voor het bouwproject heeft afgetrokken, onmiddellijk alle voorbelasting moet terugbetalen met rente, op grond dat niet langer een btw-plicht op hem rust doordat het bouwproject is stopgezet voordat het gebouw is voltooid, en daardoor geen verhuur tot stand is gekomen?

____________

1 Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB 2006, L 347, blz. 1).