Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Landesgericht Klagenfurt (Oostenrijk) op 19 februari 2020 – GSMB Invest GmbH & Co. KG / Auto Krainer Gesellschaft m.b.H.

(Zaak C-128/20)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Landesgericht Klagenfurt

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: GSMB Invest GmbH & Co. KG

Verwerende partij: Auto Krainer Gesellschaft m.b.H.

Prejudiciële vragen

Moet artikel 5, lid 1, van verordening (EG) nr. 715/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2007 betreffende de typegoedkeuring van motorvoertuigen met betrekking tot emissies van lichte personen- en bedrijfsvoertuigen (Euro 5 en Euro 6) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie1 aldus worden uitgelegd dat een uitrusting van een voertuig, in de zin van artikel 1, lid 1, van die verordening, niet is toegestaan wanneer bij die uitrusting de uitlaatgasrecirculatieklep, en dus een onderdeel dat vermoedelijk van invloed is op de emissies, zo is ontworpen dat de recirculatieverhouding van het uitlaatgas, dat wil zeggen het aandeel van het uitlaatgas dat wordt teruggevoerd, derwijze wordt geregeld dat de klep slechts tussen 15 en 33 graden Celsius en alleen onder een hoogte van 1 000 meter een werking waarborgt waarbij weinig verontreinigende stoffen vrijkomen en de verhouding buiten dit temperatuurvenster per 10 graden Celsius en boven een hoogte van 1 000 meter per 250 meter lineair wordt verminderd tot 0, met als resultaat dat de NOx-emissie de grenswaarden van verordening nr. 715/2007 overschrijdt?

Moet de term „om de motor te beschermen tegen schade of ongevallen” in artikel 5, lid 2, van verordening nr. 715/2007 aldus worden uitgelegd dat een strategie voor uitlaatgassen die specifiek is bedoeld om onderdelen zoals de uitlaatgasrecirculatieklep, de uitlaatgasrecirculatiekoeler en het roetfilter voor dieselvoertuigen te ontzien, niet valt onder de uitzonderingsbepalingen?

Moet artikel 5, lid 1, van verordening nr. 715/2007 aldus worden uitgelegd dat een strategie voor uitlaatgassen die slechts tussen 15 en 33 graden Celsius en alleen onder een hoogte van 1 000 meter (het zogeheten „thermovenster”) waarborgt dat de emissieverlagende systemen volledig functioneren en om die reden in Europa, in het bijzonder in Oostenrijk, in de loop van een jaar meestal niet volledig in werking is, niet voldoet aan de voorwaarde in artikel 5, lid 1, van verordening nr. 715/2007 – werking van het voertuig onder normale gebruiksomstandigheden – en een verboden manipulatie-instrument is?

____________

1 PB 2007, L 171, blz. 1.