Language of document :

Beroep ingesteld op 26 april 2013 – ZZ / Commissie

(Zaak F-37/13)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: ZZ (vertegenwoordigers: S. Rodrigues en A. Blot, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Voorwerp en beschrijving van het geding

Nietigverklaring van het besluit van OLAF houdende afwijzing van het verzoek om verlenging van verzoekers overeenkomst, na de nietigverklaring van dat besluit bij een arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken, en verzoek om vergoeding van de materiële en immateriële schade

Conclusies van de verzoekende partij

nietigverklaring van het besluit van het TAOBG van 8 augustus 2012 tot afwijzing van het verzoek om verlenging van verzoekers overeenkomst;

voor zover nodig, nietigverklaring van het stilzwijgend besluit van 12 augustus 2010 tot afwijzing van het verzoek om verlenging van verzoekers overeenkomst, voor het geval de nietigverklaring ervan opnieuw ter discussie werd gesteld in het kader van een hogere voorziening voor het Gerecht van de Unie;

voor zover nodig, nietigverklaring van het besluit van het TAOBG van 17 januari 2013 tot afwijzing van verzoekers klacht van 21 september 2012;

toekenning aan verzoeker van een vergoeding voor de materiële schade ter hoogte van een bedrag bestaande in het verschil tussen de bezoldiging die hij zou hebben ontvangen indien zijn overeenkomst van tijdelijk functionaris bij OLAF nog eens voor 4 jaar zou zijn verlengd en de bezoldiging die hij sinds mei 2011 ontvangt (rekening houdend met zijn pensioenrechten en de normale loopbaanontwikkeling);

vergoeding van de materiële schade die verzoeker heeft geleden als gevolg van het verlies van de kans om een overeenkomst voor onbepaalde tijd te krijgen, welke ex aequo et bono en voorlopig op 250 000 EUR wordt vastgesteld;

toekenning van een vergoeding voor de immateriële schade, welke ex aequo et bono en voorlopig op 10 000 EUR wordt vastgesteld;

verwijzing van de Commissie in alle kosten.