Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland) op 15 mei 2019 – Bundesverband der Verbraucherzentralen und Verbraucherverbände - Verbraucherzentrale Bundesverband e.V./Deutsche Apotheker- und Ärztebank eG

(Zaak C-380/19)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Oberlandesgericht Düsseldorf

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Bundesverband der Verbraucherzentralen und Verbraucherverbände - Verbraucherzentrale Bundesverband e.V.

Verwerende partij: Deutsche Apotheker- und Ärztebank eG

Prejudiciële vragen

Ontstaat de in artikel 13, lid 2, van de richtlijn1 neergelegde verplichting om de in artikel 13, lid 1, bedoelde informatie toegankelijk te maken in de algemene voorwaarden reeds op het tijdstip waarop de ondernemer de algemene voorwaarden als download beschikbaar stelt op zijn website, waarop geen overeenkomsten worden gesloten?

Indien het antwoord op de eerste vraag bevestigend luidt, komt de ondernemer in een dergelijk geval de verplichting om de informatie in de algemene voorwaarden toegankelijk te maken dan eveneens na wanneer hij de informatie weliswaar niet verstrekt in het downloadbare bestand, maar wel elders op de website van de onderneming?

Komt de ondernemer zijn verplichting om de informatie in de algemene voorwaarden toegankelijk te maken na wanneer hij de consument naast een document met de algemene [or. 3] voorwaarden een afzonderlijk document met een eveneens door hem opgestelde lijst van prestaties en tarieven overhandigt dat de in artikel 13, lid 1, van de richtlijn bedoelde informatie bevat?

____________

1     Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen en tot wijziging van verordening (EG) nr. 2006/2004 en richtlijn 2009/22/EG (PB 2013, L 165, blz. 63).