Language of document :

Beroep ingesteld op 8 april 2006 - Marcuccio tegen Commissie

(Zaak F-40/06)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoeker: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: V. Messa, advocaat)

Verweerster: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies van verzoeker

nietig te verklaren het stilzwijgend besluit tot afwijzing van verzoekers verzoek van 1 maart 2005 aan het tot aanstelling bevoegd gezag (TABG) om hem een gewaarmerkt afschrift van de vrachtbrief betreffende de gestelde verzending van zijn persoonlijke bezittingen van Angola naar Italië toe te zenden;

verweerster te veroordelen aan verzoeker als vergoeding voor de uit de vaststelling van de bestreden handeling voortvloeiende schade een bedrag van 10 000 EUR te betalen, dan wel zoveel meer of minder als het Gerecht zal vermenen te behoren;

verweerster te verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoeker, voormalig ambtenaar van de Commissie, die op 30 mei 2005 is gepensioneerd, heeft die instelling verzocht om de vrachtbrief van zijn persoonlijke bezittingen en de goederen die zich bevonden bij zijn woning in Angola, waar hij als economisch adviseur bij de delegatie van de Commissie was tewerkgesteld.

In mei 2003 besloot verweerster tot de ambtshalve ruiming van de aan verzoeker toegewezen dienstwoning; verzoeker stelt dat zijn persoonlijke bezittingen slechts gedeeltelijk zijn verhuisd. Bij nota van 16 mei 2005 heeft verweerster verzoeker meegedeeld dat zijn persoonlijke bezittingen en zijn motorvoertuig naar Italië waren gezonden, en heeft zij hem verzocht voor de aflevering contact op te nemen met de vervoermaatschappij.

Bij brief van 1 maart 2005 heeft verzoeker onder meer verzocht om een gedetailleerde lijst van alles wat zou zijn afgeleverd, alsmede om een afschrift van de vrachtbrief. Op dat verzoek is niet gereageerd net zo min als op verzoekers klacht van 2 september 2005.

In zijn beroep stelt verzoeker dat het stilzwijgend besluit tot afwijzing van de klacht onrechtmatig is wegens een absoluut gebrek aan motivering, schending van de wet, schending van de zorgplicht, van de plicht tot transparantie, van de plicht tot behoorlijk bestuur, alsmede wegens schending van schending van het beginsel "neminem laedere".

____________