Language of document :

Beroep ingesteld op 1 april 2019 – Europese Commissie/Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland

(Zaak C-276/19)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: A. X. P. Lewis, J. Jokubauskaitė, gemachtigden)

Verwerende partij: Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland

Conclusies

vaststellen dat het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, door nieuwe vereenvoudigingsmaatregelen te nemen ter verlenging van het nultarief en de uitzondering op de normale registratievereisten voor belasting op de toegevoegde waarde, die zijn vastgesteld bij de oorspronkelijke Terminal Markets Order 1973, zonder daartoe een verzoek in te dienen bij de Commissie met het oog op het verkrijgen van toestemming van de Raad, niet heeft voldaan aan de verplichtingen die op hem rusten krachtens artikel 395, lid 2, van richtlijn 2006/112/EG1 van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde („btw-richtlijn”);

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Op 28 december 1977 heeft het Verenigd Koninkrijk bijzondere maatregelen aangemeld, waaronder de Value Added Tax (Terminal Markets) Order 1973, op grond waarvan termijngoederen op bepaalde markten in het Verenigd Koninkrijk vrijgesteld zijn van btw en, onder bepaalde voorwaarden, van de btw-registratievereisten.

De Value Added Tax (Terminal Markets) Order 1973 werd meerdere keren gewijzigd, waarbij een aantal grondstoffenmarkten aan de werkingssfeer ervan werden toegevoegd, die niet werden genoemd in de oorspronkelijke kennisgeving.

De Commissie meent dat de wijzigingen van de Value Added Tax (Terminal Markets) Order 1973 de werkingssfeer van de oorspronkelijk door het Verenigd Koninkrijk in 1977 aangemelde afwijking verruimen. Die wijzigingen hadden derhalve krachtens artikel 395, lid 1, van de btw-richtlijn moeten worden aangemeld bij de Commissie, maar dit is niet gebeurd.

____________

1 PB 2006, L 347, blz. 1.