Language of document :

Arrest van het Hof (Grote kamer) van 18 oktober 2011 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden) - Realchemie Nederland BV / Bayer CropScience AG

(Zaak C-406/09)1

[Verordening (EG) nr. 44/2001 - Rechterlijke bevoegdheid en tenuitvoerlegging van beslissingen - Begrip "burgerlijke en handelszaken" - Erkenning en tenuitvoerlegging van beslissing waarbij geldboete wordt opgelegd - Richtlijn 2004/48/EG - Intellectuele-eigendomsrechten - Inbreuk op deze rechten - Maatregelen, procedures en rechtsmiddelen - Veroordeling - Exequaturprocedure - Daaraan verbonden gerechtskosten]

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Hoge Raad der Nederlanden

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Realchemie Nederland BV

Verwerende partij: Bayer CropScience AG

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing - Hoge Raad der Nederlanden - Uitlegging van artikel 1 van verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000, betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (PB L 12, blz. 1) en van artikel 14 van richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (PB L 157, blz. 45) - Begrip burgerlijke en handelszaken - Schending van bij Duitse rechterlijke beslissing opgelegd verbod om bepaalde pesticiden in Duitsland in te voeren en te verhandelen - Geldboete - Tenuitvoerlegging van boetebeslissing - Tenuitvoerleggingsprocedure met betrekking tot in buitenland gegeven beslissingen inzake dwangsommen of boetes wegens schending van verbod om inbreuk te maken op intellectuele-eigendomsrecht

Dictum

Het begrip "burgerlijke en handelszaken" in artikel 1 van verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, moet in die zin worden uitgelegd dat deze verordening van toepassing is op de erkenning en de tenuitvoerlegging van een beslissing van een rechterlijke instantie die een veroordeling tot betaling van een geldboete bevat teneinde een op het gebied van burgerlijke en handelszaken gegeven rechterlijke beslissing te doen nakomen.

De kosten die zijn verbonden aan een in een lidstaat ingeleide exequaturprocedure waarin wordt verzocht om erkenning en tenuitvoerlegging van een beslissing die in een andere lidstaat is gegeven in het kader van een procedure tot handhaving van een intellectuele-eigendomsrecht, vallen onder artikel 14 van richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten.

____________

1 - PB C 312 van 19.12.2009.