Language of document :

Arrest van het Hof (Grote kamer) van 6 december 2011 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour d'appel de Paris - Frankrijk) - Alexandre Achughbabian / Préfet du Val-de-Marne

(Zaak C-329/11)

(Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht - Richtlijn 2008/115/EG - Gemeenschappelijke normen en procedures inzake terugkeer van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen - Nationale regeling op grond waarvan in geval van illegaal verblijf gevangenisstraf en geldboete worden opgelegd)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour d'appel de Paris

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Alexandre Achughbabian

Verwerende partij: Préfet du Val-de-Marne

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing - Cour d'appel de Paris - Uitlegging van richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven (PB L 348, blz. 98) - Verenigbaarheid van een nationale regeling krachtens welke aan een onderdaan van een derde land een gevangenisstraf wordt opgelegd op de enkele grond dat hij illegaal het nationale grondgebied is binnengekomen en aldaar illegaal verblijft - Inbewaringstelling met het oog op terugleiding tot aan de grens - Eventuele onregelmatigheid van de inverzekeringstelling

Dictum

Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven, moet aldus worden uitgelegd dat zij

-    zich verzet tegen een regeling van een lidstaat waarbij illegaal verblijf wordt tegengegaan met strafrechtelijke sancties, voor zover die regeling toestaat dat een gevangenisstraf wordt opgelegd aan een onderdaan van een derde land die weliswaar illegaal op het grondgebied van die lidstaat verblijft en niet bereid is dat grondgebied vrijwillig te verlaten, doch op wie niet de in artikel 8 van deze richtlijn bedoelde dwangmaatregelen zijn toegepast en voor wie, in geval van vreemdelingenbewaring met het oog op de voorbereiding en de uitvoering van zijn verwijdering, de maximale duur van die bewaring nog niet is verstreken; en

-    zich niet verzet tegen een dergelijke regeling voor zover deze toestaat dat een gevangenisstraf wordt opgelegd aan een onderdaan van een derde land op wie de bij die richtlijn ingestelde terugkeerprocedure is toegepast en die, zonder geldige reden om niet terug te keren, illegaal op dat grondgebied verblijft.

____________

1 - PB C 298 van 8.10.2011.