Language of document : ECLI:EU:C:2012:395





Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 28 juni 2012 —
Commissie/Griekenland

(Zaak C‑485/10)

„Niet-nakoming — Staatssteun — Steun ten behoeve van Ellinika Nafpigeia AE — Onverenigbaarheid met gemeenschappelijke markt — Terugvordering — Niet-uitvoering”

1.                     Steunmaatregelen van de staten — Terugvordering van onrechtmatige steun — Verplichting — Plicht om beschikking van Commissie onverwijld en daadwerkelijk ten uitvoer te leggen (Art. 108, lid 2, VWEU en 288 VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 14, lid 3) (cf. punten 27, 36)

2.                     Steunmaatregelen van de staten — Terugvordering van onrechtmatige steun — Toepassing van nationaal recht — Voorwaarden — Toepassing van procedure die onverwijlde en daadwerkelijke tenuitvoerlegging van beschikking van Commissie verzekert (Art. 108, lid 2, VWEU en 288 VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 14, lid 3) (cf. punten 28‑29)

3.                     Beroep wegens niet-nakoming — Niet-inachtneming van beschikking van Commissie inzake staatssteun — Verplichting tot terugvordering van toegekende steun — In acht te nemen termijn — Termijn bepaald in niet-uitgevoerde beschikking of door Commissie later vastgesteld (Art. 108, lid 2, tweede alinea, VWEU en 288 VWEU) (cf. punten 30‑31)

Voorwerp

Niet-nakoming — Verzuim om binnen de gestelde termijn de maatregelen vast te stellen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van beschikking 2009/610/EG van de Commissie van 2 juli 2008 betreffende de maatregelen C 16/04 (ex NN 29/04, CP 71/02 en CP 133/05) die door Griekenland ten behoeve van Hellenic Shipyards ten uitvoer zijn gelegd [Kennisgeving geschied onder nummer C(2008) 3118] (PB L 225, blz. 104)

Dictum

1)

Door niet binnen de gestelde termijn alle maatregelen vast te stellen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van beschikking 2009/610/EG van de Commissie van 2 juli 2008 betreffende de maatregelen C 16/04 (ex NN 29/04, CP 71/02 en CP 133/05) die door Griekenland ten behoeve van Hellenic Shipyards ten uitvoer zijn gelegd, en door de Europese Commissie niet binnen de gestelde termijn de in artikel 19 van deze beschikking bedoelde informatie mee te delen, is de Helleense Republiek de krachtens de artikelen 2, 3, 5, 6, 8, 9 en 11 tot en met 19 van deze beschikking op haar rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

De Helleense Republiek wordt verwezen in de kosten.