Language of document : ECLI:EU:C:2014:70

Zaak C‑31/13 P

Hongarije

tegen

Europese Commissie

„Hogere voorziening – Beschermde geografische aanduidingen – Verordening (EG) nr. 1234/2007 – Register van beschermde oorsprongsbenamingen en van beschermde geografische aanduidingen voor wijn – E-Bacchusdatabase – Tokaj”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Derde kamer) van 13 februari 2014

1.        Beroep tot nietigverklaring – Handelingen waartegen beroep kan worden ingesteld – Begrip – Handeling die bindende rechtsgevolgen sorteert – Beoordeling aan de hand van objectieve criteria – Inschrijving van een beschermde oorsprongsbenaming in een elektronisch register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen voor wijn (E-Bacchusdatabase) – Oorsprongsbenaming die behoort tot de benamingen die reeds worden beschermd op grond van verordening nr. 1234/2007 – Overgangsregeling – Daarvan uitgesloten

(Art. 263 VWEU; verordeningen van de Raad nr. 1234/2007 en nr. 479/2008, punt 36 van de considerans)

2.        Landbouw – Gemeenschappelijke ordening van de markten – Wijn – Aanduiding en aanbiedingsvorm van wijn – Beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen – Beschermingsregeling – Beslissingsbevoegdheid van de Commissie – Gelijke behandeling – Schending – Geen

(Verordeningen van de Raad nr. 1234/2007, art. 118 sexies-118 decies, en nr. 479/2008, punt 5 van de considerans)

3.        Hogere voorziening – Middelen – Middel gericht tegen een overweging ten overvloede – Falend middel – Afwijzing

(Art. 256, lid 1, VWEU)

1.        Als voor beroep vatbare handelingen in de zin van artikel 263 VWEU worden aangemerkt alle door de instellingen van de Unie vastgestelde bepalingen, ongeacht de vorm ervan, die tot doel hebben bindende rechtsgevolgen tot stand te brengen. De bindende rechtsgevolgen van een handeling moeten worden beoordeeld aan de hand van objectieve criteria, zoals de inhoud van die handeling, waarbij in voorkomend geval rekening wordt gehouden met de context waarin de handeling is vastgesteld en met de bevoegdheden van de instelling die de handeling heeft vastgesteld.

Wijnnamen die door de lidstaten als beschermde oorsprongsbenaming of geografische aanduiding zijn erkend, genieten niet slechts bescherming op het niveau van de Unie indien zij in de E-Bacchusdatabase zijn opgenomen, aangezien die namen automatisch worden beschermd uit hoofde van verordening nr. 1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening), zonder dat daarvoor is vereist dat zij in die database worden opgenomen.

Aangezien met de betrokken inschrijving geen bindende rechtsgevolgen in het leven worden geroepen, is er geen sprake van een voor beroep vatbare handeling.

(cf. punten 54, 55, 64, 65)

2.        De Unieregeling voor de wijnsector is met verordening nr. 479/2008 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt ingrijpend gewijzigd om doelstellingen omtrent met name de wijnkwaliteit te bereiken. Daartoe wordt volgens de nieuwe beschermingsregeling elke aanvraag tot bescherming van een wijnnaam overeenkomstig de artikelen 118 sexies tot en met 118 decies van verordening nr. 1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (integrale-GMO-verordening) grondig onderzocht in twee fasen, namelijk op nationaal niveau en daarna op het niveau van de Unie, zonder dat daarbij sprake is van een automatisme, aangezien de Commissie krachtens artikel 118 decies van verordening nr. 1234/2007 daadwerkelijk kan besluiten wel of geen bescherming te verlenen aan de oorsprongsbenaming of geografische aanduiding, naargelang al of niet aan de in die verordening gestelde voorwaarden is voldaan.

Aangezien de juridische omstandigheden en de bevoegdheden van de Commissie die zien op de inschrijvingen in de E‑Bacchusdatabase in het kader van de twee door de Uniewetgever ingevoerde regelingen ter bescherming van wijnnamen, niet met elkaar te vergelijken zijn, is er geen sprake van schending van het gelijkheidsbeginsel.

(cf. punten 74, 75)

3.        Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 82)