Beschikking van het Hof (Zevende kamer) van 7 juni 2018 –
Cotécnica/EUIPO
(Zaak C‑73/18 P)
„Hogere voorziening – Artikel 181 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Verordening (EG) nr. 207/2009 – Uniemerk – Aanvraag tot inschrijving van het beeldmerk dat de woordelementen ‚cotecnica’ en ‚optima’ bevat – Gronden voor weigering – Artikel 8, lid 1, onder b) – Dominantie van een element met een zwak onderscheidend en lovend vermogen van een samengesteld merk– Verwarringsgevaar”
1. Hogere voorziening – Middelen – Middelen die kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond zijn – Afwijzing, op elk moment, bij met redenen omklede beschikking, zonder mondelinge behandeling
(Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 181)
(zie punt 3)
2. Uniemerk – Definitie en verkrijging van het Uniemerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Overeenstemming van de betrokken merken – Beoordelingscriteria – Samengesteld merk
[Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 5, 6)
3. Hogere voorziening – Middelen – Onjuiste beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal – Niet-ontvankelijkheid – Toetsing door het Hof van de beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaal – Uitgesloten, behoudens het geval van een onjuiste opvatting – Middel inzake onjuiste opvatting van de bewijzen – Noodzaak om de onjuist opgevatte elementen precies aan te geven en om de analysefouten die tot deze onjuiste opvatting hebben geleid, te bewijzen
(Art. 256, lid 1, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea)
(zie punten 5, 6)
4. Uniemerk – Definitie en verkrijging van het Uniemerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Zwak onderscheidend vermogen van het oudere merk – Invloed
[Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 5, 6)
5. Hogere voorziening – Middelen – Middel gericht tegen een overweging ten overvloede – Falend middel – Afwijzing
(zie punten 5, 6)
Dictum
1) | | De hogere voorziening wordt afgewezen wegens kennelijke ongegrondheid. |
2) | | Cotécnica SCCL draagt haar eigen kosten. |