Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door Högsta förvaltningsdomstolen (Zweden) op 24 oktober 2017 – Skatteverket / Holmen AB

(Zaak C-608/17)

Procestaal: Zweeds

Verwijzende rechter

Högsta förvaltningsdomstolen

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Skatteverket

Verwerende partij: Holmen AB

Prejudiciële vragen

Is voor het recht van een moedermaatschappij in een lidstaat – dat onder meer volgt uit het arrest Marks & Spencer – om op grond van artikel 49 VWEU definitieve verliezen van een dochteronderneming in een andere lidstaat in aftrek te brengen, vereist dat de dochteronderneming rechtstreeks wordt gehouden door de moedermaatschappij?

Moet een verlies ook als definitief worden beschouwd voor het deel dat als gevolg van de regels in de vestigingsstaat van de dochteronderneming niet kon worden verrekend met de winst in die staat in een bepaald jaar, maar kon worden overgedragen zodat het eventueel in een komend jaar kan worden afgetrokken?

Moet bij de beoordeling of een verlies definitief is, rekening worden gehouden met de beperkingen die de regels van de vestigingsstaat van de dochteronderneming stellen aan de mogelijkheid voor andere eenheden dan de eenheid die het verlies heeft geleden, het verlies af te trekken?

Indien rekening moet worden gehouden met een beperking als bedoeld in de derde vraag, dient dan in aanmerking te worden genomen in welke mate feitelijk door de beperking een deel van de verliezen niet met de winst van een andere eenheid kon worden verrekend?

____________