Language of document :

Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 4 juli 2013 – Europese Commissie / Italiaanse Republiek

(Zaak C-312/11)1

(Niet-nakoming – Richtlijn 2000/78/EG – Artikel 5 – Instelling van algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep – Personen met handicap – Ontoereikende uitvoeringsmaatregelen)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: J. Enegren en C. Cattabriga, gemachtigden)

Verwerende partij: Italiaanse Republiek (vertegenwoordigers: G. Palmieri, gemachtigde, bijgestaan door C. Gerardis, avvocato dello Stato)

Voorwerp

Niet-nakoming – Verzuim om binnen de gestelde termijn de bepalingen vast te stellen die noodzakelijk zijn om te voldoen aan artikel 5 van richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep (PB L 303, blz. 16) – Nationale wettelijke regeling die voorziet in uitvoeringsvoorschriften voor dat artikel waarvan de toepassing afhankelijk is van de louter eventuele vaststelling van latere maatregelen – Ontoereikende waarborgen en aanpassingen

Dictum

Door niet alle werkgevers te verplichten om, waar nodig in concrete situaties, te voorzien in redelijke aanpassingen voor alle personen met een handicap, is de Italiaanse Republiek haar verplichting niet nagekomen om artikel 5 van richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep, volledig en op juiste wijze uit te voeren.

De Italiaanse Republiek wordt verwezen in de kosten.

____________

1 PB C 226 van 30.7.2011.