Language of document :

Beroep ingesteld op 25 augustus 2006 - Lopez Teruel / BHIM

(Zaak F-99/06)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Adelaida Lopez Teruel (El Casar, Spanje) (vertegenwoordigers: G. Vandersanden, L. Levi en C. Ronzi, advocaten)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (BHIM)

Conclusies

het besluit van het tot aanstelling bevoegde gezag (TABG) van 20 oktober 2005, genomen na de conclusie van de in artikel 59, lid 1, van het Statuut bedoelde arbiter-geneesheer, nietig te verklaren;

voor zover nodig het besluit van het TABG van 17 mei 2006 tot afwijzing van de door verzoekster op 20 januari 2006 ingediende klacht, nietig te verklaren;

verwerende partij te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster, een ambtenaar bij het BHIM, heeft medische attesten overgelegd die haar afwezigheid van het werk van 7 april tot 7 augustus 2005 rechtvaardigen. De geldigheid van deze attesten werd betwist door het BHIM, dat verzoekster heeft onderworpen aan medische controles. Op basis van deze controles heeft het BHIM verzoekster gelast, haar werk te hervatten op 2 augustus 2005. De arbitrageprocedure, die op verzoek van verzoekster overeenkomstig artikel 59, lid 1, van het Statuut is ingeleid, heeft de onregelmatigheid van de afwezigheid van verzoekster bevestigd.

Ter staving van haar beroep voert verzoekster drie middelen aan. Het eerste middel betreft schending van de vijfde en zesde alinea van bovengenoemde bepaling. Wat de vijfde alinea betreft, levert verzoekster kritiek op de berekening van het aantal dagen afwezigheid die het BHIM onregelmatig acht na de medische controles. Met betrekking tot de zesde alinea is verzoekster van mening dat het TABG onrechtmatig is overgegaan tot de eenzijdige aanwijzing van de arbiter-geneesheer, terwijl er tussen de arts van de instelling en de arts van verzoekster wél overeenstemming bestond over de aanwijzing van de derde arts. Bovendien begon de in de betrokken alinea gestelde termijn van vijf dagen pas te lopen vanaf het ogenblik waarop de arts van de instelling contact opneemt met de arts van de ambtenaar. Subsidiair is deze termijn niet van openbare orde.

Met haar tweede middel voert verzoekster onjuiste motivering en onregelmatigheid van het advies van de arbiter-geneesheer aan, aangezien de conclusie van dit advies en de erin vermelde medische vaststellingen niet coherent zijn.

Met haar derde middel voert verzoekster niet-nakoming van de zorgplicht en schending van het beginsel van behoorlijk bestuur, van het transparantiebeginsel en van de rechten van de verdediging aan.

____________