Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 26 maart 2019 door Bena Properties Co. SA tegen het arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 16 januari 2019 in zaak T-412/16, Bena Properties/Raad

(Zaak C-260/19 P)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirante: Bena Properties Co. SA (vertegenwoordigers: E. Ruchat, avocat)

Andere partij in de procedure: Raad van de Europese Unie

Conclusies

de hogere voorziening ontvankelijk en gegrond verklaren;

bijgevolg het arrest van 16 januari 2019, Bena Properties/Raad, T-412/16 vernietigen;

en opnieuw uitspraak doen als volgt:

besluit (GBVB) 2016/850 van 27 mei 2016 en de daaruit volgende uitvoeringshandelingen nietig verklaren voor zover zij rekwirante betreffen;

de Raad verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Het eerste middel betreft een onjuiste rechtsopvatting doordat het Gerecht voorbij is gegaan aan het recht van rekwirante om te worden gehoord alvorens verdere beperkende maatregelen worden getroffen, welk recht is neergelegd in artikel 41 van het Handvest van de grondrechten.

Het tweede middel betreft een onjuiste rechtsopvatting en een onjuiste voorstelling van de feiten doordat het Gerecht voorbij is gegaan aan de artikelen die rekwirante ter onderbouwing van haar beroep tot nietigverklaring heeft overgelegd om aan te tonen dat zij het Syrische regime niet steunde.

Het derde middel betreft een onjuiste rechtsopvatting doordat het Gerecht de artikelen 27 en 28 van besluit 2013/255/GBVB, volgens welke het behoren tot de familie Al-Assad of de familie Makhlouf een autonoom criterium uitmaakt dat de oplegging van een sanctie rechtvaardigt, niet onrechtmatig heeft verklaard en aldus de bewijslast heeft omgekeerd.

____________