Language of document :

Beroep ingesteld op 13 januari 2006 - Villa e.a. tegen Europees Parlement

(Zaak F-4/06)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekers: Renata Villa (Senningerberg, Luxemburg) e.a. (vertegenwoordigers: G. Bouneou, F. Frabetti, advocaten)

Verweerder: Europees Parlement

Conclusies van verzoekers

nietig te verklaren de besluiten nrs. 102495, 102494 en 102496 van 8 februari 2005 waarbij het tot aanstelling bevoegd gezag (TABG) van het Europees Parlement weigert aan verzoekers de extra rechten terug te betalen die bestaan in het verschil tussen de rechten die zij hadden verkregen gedurende de jaren dat zij waren aangesloten bij het Italiaanse stelsel en het aantal pensioenjaren dat is overgedragen naar het communautaire stelsel, dat is gebleken na een nieuwe berekening van de overdracht van hun pensioenrechten;

verweerder te verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekers, ambtenaren van het Europees Parlement, hebben in 1991 de pensioenrechten die zij in Italië hadden verkregen voor zij in dienst traden van de Gemeenschappen, overgedragen naar het communautaire stelsel. Het verschil tussen het aantal jaren dat zij daadwerkelijk aangesloten waren bij het Italiaanse stelsel en het aantal pensioenjaren dat bleek uit de berekening van de extra rechten in het communautaire stelsel, werd bepaald overeenkomstig de algemene uitvoeringsbepalingen die destijds werden toegepast door het Parlement, volgens welke de extra rechten niet beperkt waren tot het aantal jaren van aansluiting in Italië.

Na de inwerkingtreding van het nieuwe Ambtenarenstatuut hebben verzoekers op grond van artikel 26, leden 5 en 6, van bijlage XIII bij dat statuut verzocht om een nieuwe berekening van de voordien verkregen extra rechten. Nadat hun verzoeken waren afgewezen, hebben verzoekers klachten ingediend, die het TABG heeft verworpen.

In hun verzoekschrift stellen verzoekers schending van artikel 26 van bijlage XIII bij het nieuwe Ambtenarenstatuut, en van artikel 11, lid 2, van bijlage VIII bij het Ambtenarenstatuut in de oude en de nieuwe versie.

Verder stellen zij dat het Parlement het beginsel van behoorlijk bestuur, het beginsel van gelijke behandeling, het discriminatieverbod, het verbod van willekeur, het vertrouwensbeginsel, het verrijkingsverbod en de zorgplicht heeft geschonden.

____________