Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 27 november 2018 door OPS Újpesti Csökkentmunkaképességűek Ipari és Kereskedelmi Kft. (OPS Újpest Kft.) tegen de beschikking van het Gerecht (Zevende kamer) van 28 september 2018 in zaak T-708/17, OPS Újpest/Commissie

(Zaak C-741/18 P)

Procestaal: Hongaars

Partijen

Rekwirante: OPS Újpesti Csökkentmunkaképességűek Ipari és Kereskedelmi Kft. (OPS Újpest Kft.) (vertegenwoordiger: L. Szabó, ügyvéd)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie

Conclusies

Rekwirante verzoekt het Hof:

de hogere voorziening ontvankelijk en gegrond te verklaren en derhalve de beschikking van het Gerecht (Zevende kamer) van 28 september 2018 in zaak OPS Újpest/Commissie (T-708/17, niet gepubliceerd, EU:T:2018:632), die op 2 oktober 2018 aan rekwirante is betekend, te vernietigen;

de zaak terug te verwijzen naar het Gerecht, zodat het uitspraak kan doen op het tweede, het derde en het vierde niet-ontvankelijkheidsbezwaar;

verweerster in eerste aanleg te verwijzen in de kosten van de procedure in eerste aanleg en in hogere voorziening, tenzij de zaak terug wordt verwezen naar het Gerecht, in welk geval wordt gevraagd de beslissing over de genoemde kosten aan te houden tot het eindarrest.

Middelen en voornaamste argumenten

Eerste middel

Volgens rekwirante vereist het rechtszekerheidsbeginsel dat betrokkenen precies de omvang kennen van de verplichtingen die zij ingevolge de hen betreffende regeling hebben, wat slechts het geval zal zijn als die regeling naar behoren bekend is gemaakt in de officiële taal van degenen tot wie zij is gericht.

Bij een niet naar behoren bekendgemaakte rechtshandeling moet voor de aanvang van de betekeningstermijn worden gekeken naar de datum waarop de eerste behoorlijke betekening heeft plaatsgevonden.

Tweede middel

Aangezien verweerster in eerste aanleg tijdens de procedure heeft betoogd dat het beroep niet-ontvankelijk is omdat de besluiten waarvan de nietigverklaring wordt gevorderd, geen definitieve besluiten zijn, daar het onderzoek nog lopende is, moet de rechterlijke behandeling wat dat betreft plaatsvinden voordat wordt stilgestaan bij de andere ontvankelijkheidsvragen.

____________