Language of document :

Beroep ingesteld op 23 juli 2007 - Luigi Marcuccio / Commissie

(Zaak F-70/07)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: G. Cipressa, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

nietigverklaring van het besluit (hierna: "bestreden besluit"), hoe het ook tot stand is gekomen, houdende afwijzing door de verwerende partij van het verzoek van 22 juni 2006 waarbij verzoeker de Commissie om vergoeding vraagt van het deel van de kosten die hij heeft gemaakt in de bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen reeds aanhangige zaak T-176/041, Marcuccio/Commissie, waartoe zij bij beschikking van 6 maart 2006 is veroordeeld;

nietigverklaring, voor zover nodig, van het besluit, hoe het ook tot stand is gekomen, houdende afwijzing van verzoekers klacht tegen het bestreden besluit;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker van het bedrag van 6 347,67 EUR, vermeerderd met vertragingsrente en een jaarlijkse herwaardering van 10 % met jaarlijkse kapitalisatie, vanaf het verzoek van 22 juni 2006 tot op heden, ter vergoeding van de materiële schade die verzoeker door het bestreden besluit heeft geleden;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker van het bedrag van 1 000 EUR ter vergoeding van het verlies van de kansen die verzoeker had kunnen benutten indien hij op het verschuldigde tijdstip over het hem niet betaalde bedrag had kunnen beschikken;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker, pro bono et ex aequo, van het bedrag van 3 000 EUR dan wel elk hoger of lager bedrag dat het Gerecht gerechtvaardigd en billijk acht, ter vergoeding van de immateriële en existentiële schade die verzoeker door het bestreden besluit heeft geleden;

veroordeling van de verwerende partij tot betaling aan verzoeker, voor elke dag vanaf heden tot de datum waarop de verwerende partij volledig en zonder uitzondering zal hebben voldaan aan het verzoek van 22 juni 2006, van het bedrag van 2 EUR dan wel elk hoger of lager bedrag dat het Gerecht gerechtvaardigd en billijk acht, te betalen op de eerste dag van elke maand voor rechten die in de vorige maand zijn ontstaan, ter vergoeding van de schade als gevolg van de eventuele vertraging bij de uitvoering van de beslissing houdende toewijzing;

verwijzing van de verwerende partij in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Tot staving van zijn beroep voert verzoeker drie middelen aan: 1) volledig ontbreken van motivering; 2) schending van het recht; 3) schending van de zorgplicht en van het beginsel van behoorlijk bestuur.

____________

1 - PB C 121 van 20.5.2006, blz. 12. Verzoeker verwijst abusievelijk naar zaak T-176/03 in plaats van naar zaak T-176/04.