Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Hof van Cassatie (België) op 19 juli 2018 – IN tegen Belgische Staat

(Zaak C-469/18)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Hof van Cassatie

Partijen in het hoofdgeding

Verzoeker: IN

Verweerder: Belgische Staat

Prejudiciële vraag

Dient artikel 47 van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie aldus te worden uitgelegd dat het zich, in zaken van belasting over de toegevoegde waarde, in alle omstandigheden verzet tegen de aanwending van bewijselementen die werden verkregen met miskenning van het recht op eerbiediging van het privéleven zoals gewaarborgd door artikel 7 van het Handvest, dan wel of het ruimte laat voor een nationale regeling waarbij door de rechter die moet oordelen of een dergelijk bewijselement kan worden aangewend als grondslag voor een btw-heffing, een afweging zoals […] onder randnummer 4 van [het] arrest omschreven dient te worden gemaakt.

____________