Language of document :

Arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 17 maart 2016 – Pasqualetti / Commissie

(Zaak F-2/15)1

(Openbare dienst – Door EDEO aangeworven tijdelijk functionaris Inrichtingsvergoeding – Dagvergoeding – Plaats van herkomst – Plaats van aanwerving – Wijziging van woonplaats – Beroep tot nietigverklaring – Beroep tot schadevergoeding – Volledige rechtsmacht)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Gergö Pasqualetti (Brussel, België) (vertegenwoordiger: A. Véghely, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: aanvankelijk J. Currall en T. S. Bohr, gemachtigden, vervolgens T. S. Bohr, gemachtigde)

Voorwerp

Verzoek om nietigverklaring van het besluit houdende weigering om verzoeker de inrichtingsvergoeding en de dagvergoeding toe te kennen en verzoek om de Commissie te veroordelen tot betaling van die vergoedingen met rente

Dictum

Het besluit van de Europese Commissie van 4 maart 2014 waarbij zij weigert om Pasqualetti de inrichtings- en de dagvergoeding toe te kennen zoals voorzien in de artikelen 5, lid 1, en 10, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, wordt nietig verklaard.

De Europese Commissie wordt veroordeeld tot betaling aan Pasqualetti, overeenkomstig de geldende statutaire regels, van de bedragen van de in punt 1) van het dictum bedoelde vergoedingen, vermeerderd met vertragingsrente, vanaf de datum waarop die vergoedingen respectievelijk verschuldigd waren en tot de datum van daadwerkelijke betaling, tegen de rentevoet die de Europese Centrale Bank voor de betrokken periode voor de basisherfinancieringstransacties heeft vastgesteld, vermeerderd met twee punten.

De Europese Commissie draagt haar eigen kosten en wordt verwezen in de kosten van Pasqualetti.

____________

1     PB C 96 van 23.3.2015, blz. 25.