Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door Augstākā tiesa (Senāts) (Letland) op 5 juni 2020 – SIA Sātiņi-S / Dabas aizsardzības pārvalde

(Zaak C-238/20)

Procestaal: Lets

Verwijzende rechter

Augstākā tiesa (Senāts)

Partijen in het hoofdgeding

Eiseres tot cassatie: SIA Sātiņi-S

Andere partij in de cassatieprocedure: Dabas aizsardzības pārvalde

Prejudiciële vragen

Verdraagt het zich met het in artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie gewaarborgde recht op een billijke vergoeding voor het beperken van het recht op eigendom dat de compensatie die door een lidstaat wordt toegekend voor de verliezen die uit hoofde van richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand1 beschermde vogels hebben toegebracht aan aquacultuur in een Natura 2000-gebied, aanzienlijk lager is dan de daadwerkelijk geleden verliezen?

Kan de compensatie die door een lidstaat wordt toegekend voor de verliezen die uit hoofde van richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand beschermde vogels hebben toegebracht aan aquacultuur in een Natura 2000-gebied, worden aangemerkt als staatssteun in de zin van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie?

Indien het antwoord op de tweede vraag bevestigend luidt, geldt voor compensatie als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, het plafond van 30 000 EUR voor het bedrag aan de-minimissteun waarin artikel 3, lid 2, van verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector2 voorziet?

____________

1     PB 2010, L 20, blz. 7.

2     PB 2014, L 190, blz. 45.