Language of document : ECLI:EU:F:2011:87

BESCHIKKING VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN
(Tweede kamer)

20 juni 2011

Zaak F‑67/10

Luigi Marcuccio

tegen

Europese Commissie

„Openbare dienst – Ambtenaren – Beroep tot schadevergoeding dat begroting van kosten tot voorwerp heeft – Niet-ontvankelijkheid”

Betreft:      Beroep, ingesteld krachtens artikel 270 VWEU, van toepassing op het EGA-Verdrag op grond van artikel 106 bis ervan, waarmee Marcuccio onder meer vraagt om de Commissie te veroordelen tot vergoeding van de schade die hij zou hebben geleden als gevolg van haar weigering om hem de invorderbare kosten te vergoeden die zouden zijn gemaakt in de zaak die heeft geleid tot het arrest van het Gerecht van 4 november 2008 (Marcuccio/Commissie, F‑41/06, waartegen hogere voorziening is ingesteld bij het Gerecht van de Europese Unie, zaak T‑20/09 P).

Beslissing:      Het beroep wordt kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Marcuccio zal alle kosten dragen.

Samenvatting

Procedure – Kosten – Begroting – Voorwerp

(Art. 270 VWEU; Ambtenarenstatuut, art. 91; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht voor ambtenarenzaken, art. 92, lid 1)

Het ambtenarenrecht van de Europese Unie voorziet in een specifieke procedure voor de begroting van kosten wanneer partijen het oneens zijn over het bedrag en de aard van de invorderbare kosten na een beslissing waarbij het Gerecht voor ambtenarenzaken een geding heeft beëindigd en uitspraak over de kosten heeft gedaan. Zo beslist het Gerecht voor ambtenarenzaken volgens de bewoordingen van artikel 92, lid 1, van zijn Reglement voor de procesvoering in geval van geschil over het bedrag en de aard van de invorderbare kosten op verzoek van de belanghebbende partij bij een met redenen omklede beschikking, na kennis te hebben genomen van de opmerkingen van de wederpartij.

Overigens sluit deze bijzondere, in artikel 92, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering voorziene procedure voor de begroting van kosten uit, dat dezelfde bedragen of met hetzelfde oogmerk uitgegeven bedragen worden gevorderd in het kader van een beroep wegens niet-contractuele aansprakelijkheid van de Unie. Een door een verzoeker op grond van artikel 270 VWEU en artikel 91 van het Statuut ingesteld beroep dat in werkelijkheid hetzelfde voorwerp heeft als een verzoek om begroting van kosten, is derhalve niet-ontvankelijk.

(cf. punten 20 en 21)

Referentie:

Hof: 16 juli 2009, Commissie/Schneider Electric, C‑440/07 P

Gerecht van eerste aanleg: 11 juli 2007, Schneider Electric/Commissie, T‑351/03, punt 297, in hogere voorziening gedeeltelijk vernietigd bij het reeds aangehaalde arrest van het Hof

Gerecht voor ambtenarenzaken: 10 november 2009, Marcuccio/Commissie, F‑70/07, punt 17