Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 6 juni 2019
Ágnes Weil tegen Géza Gulácsi
Verzoek van de Szekszárdi Járásbíróság om een prejudiciële beslissing
Prejudiciële verwijzing – Justitiële samenwerking in burgerlijke zaken – Verordening (EU) nr. 1215/2012 – Artikel 66 – Werkingssfeer ratione temporis – Verordening (EG) nr. 44/2001 – Werkingssfeer ratione materiae – Burgerlijke en handelszaken – Artikel 1, lid 1 en lid 2, onder a) – Uitgesloten gebieden – Huwelijksgoederenrecht – Artikel 54 – Verzoek tot afgifte van een certificaat dat aantoont dat de door het gerecht van oorsprong gegeven beslissing uitvoerbaar is – Rechterlijke beslissing betreffende een schuldvordering die is ontstaan uit de ontbinding van de uit een niet-geregistreerd partnerschap voortvloeiende vermogensregeling
Zaak C-361/18
Jurisprudentie
gepubliceerd in de digitale Jurisprudentie (Algemene Jurisprudentie)
Links naar de teksten
|
Curia |
EUR-Lex |
Autres Liens |
Arrest
ECLI:EU:C:2019:473 |
|
|
|