Beschikking van het Hof (Tiende kamer) van 13 november 2019
Bundesrepublik Deutschland tegen Adel Hamed en Amar Omar
Verzoeken van het Bundesverwaltungsgericht om een prejudiciële beslissing
Prejudiciële verwijzing – Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht – Gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van de internationale bescherming – Richtlijn 2013/29/EU – Artikel 33, lid 2, onder a) – Afwijzing door de autoriteiten van een lidstaat van een asielverzoek als niet-ontvankelijk op grond van het feit dat de vluchtelingenstatus eerder in een andere lidstaat is toegekend – Artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Reëel en bewezen risico van onmenselijke of vernederende behandeling – Levensomstandigheden van de personen met een vluchtelingenstatus in die andere lidstaat
Gevoegde zaken C-540/17 en C-541/17
Jurisprudentie
niet gepubliceerd (Algemene Jurisprudentie - Deel "Informatie over de niet gepubliceerde beslissingen")
Links naar de teksten
|
Curia |
EUR-Lex |
Autres Liens |
Beschikking
ECLI:EU:C:2019:964 |
|
|
|