Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 29 april 2021
I.W. en R.W. tegen Bank BPH S.A.
Verzoek van de Sąd Okręgowy w Gdańsku XV Wydział Cywilny om een prejudiciële beslissing
Prejudiciële verwijzing – Bescherming van de consument – Richtlijn 93/13/EEG – Oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten – Gevolgen van de vaststelling van het oneerlijke karakter van een beding – Overeenkomst inzake een hypothecair krediet in vreemde valuta – Bepaling van de wisselkoers tussen valuta – Schuldvernieuwingsovereenkomst – Afschrikkende werking – Verplichtingen van de nationale rechter – Artikel 6, lid 1, en artikel 7, lid 1
Zaak C-19/20
Jurisprudentie
gepubliceerd in de digitale Jurisprudentie (Algemene Jurisprudentie)
Links naar de teksten
|
Curia |
EUR-Lex |
Autres Liens |
Arrest
ECLI:EU:C:2021:341 |
|
|
|