Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 4 oktober 2018
Europese Commissie tegen Franse Republiek
Niet-nakoming – Artikelen 49 en 63 VWEU en artikel 267, derde alinea, VWEU – Opeenvolgende belastingheffingen – Verschil in behandeling naargelang van de lidstaat van vestiging van de kleindochteronderneming – Teruggaaf van de onterecht ingehouden roerende voorheffing – Vereisten aan het bewijs van het recht op een dergelijke teruggaaf – Bovengrens aan het recht op teruggaaf – Discriminatie – Nationale rechter die in laatste aanleg uitspraak doet – Verplichting tot prejudiciële verwijzing
Zaak C-416/17
Jurisprudentie
gepubliceerd in de digitale Jurisprudentie (Algemene Jurisprudentie)
Links naar de teksten
|
Curia |
EUR-Lex |
Autres Liens |
Conclusie
ECLI:EU:C:2018:626 |
|
|
|
Arrest
ECLI:EU:C:2018:811 |
|
|
|