Language of document :

Beroep ingesteld op 16 juni 2008 - HPA/Commissie

(Zaak T-236/08)

Procestaal: Nederlands

Partijen

Verzoekende partij: Hoofdproductschap Akkerbouw (Den Haag, Nederland) (vertegenwoordiger: mr. R. J. M. van den Tweel)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies van verzoekende partij

De Beschikking van de Commissie van 19 december 2006, kenmerk C(2006)7093/6, inzake de invordering van schuldverdering nr. 3240206544 die hoofdelijk ten laste komt van de leden van het Europese economische samenwerkingsverband (EESV) Euroterroirs, in het kader van project nr. 93.EU.06.002 inzake een inventariserende studie over het Europese erfgoed van typische en regionale landbouw- en voedingsproducten (producten van eigen bodem), voor zover daarbij althans het Hoofdproductschap Akkerbouw hoofdelijk aansprakelijk wordt gesteld voor het volledige bedrag van voornoemde schuldvordering, non-existent verklaren, althans vernietigen;

de Commissie veroordelen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster richt zich tegen de invordering van een schuldvordering van Eurroterroirs, vastgesteld bij Beschikking van de Commissie van 14 augustus 2000. Volgens verzoekster moet de bestreden Beschikking, althans voor zover zij daarbij hoofdelijk aansprakelijk wordt gesteld voor het volledige bedrag van de schuldvordering, als non-existent en nietig worden aangemerkt aangezien aan deze beschikking bijzonder ernstige en in het oog springende gebreken kleven. Volgens verzoekster kan dan ook na afloop van de beroepstermijnen worden vastgesteld dat de Beschikking geen rechtsgevolgen teweeg heeft gebracht.

In haar eerste middel, voert verzoekster een schending aan van Verordening nr. 2137/851 aangezien verzoekster nimmer lid is geweest van het Europese economische samenwerkingsverband (EESV) Euroterroirs en uit dien hoofde niet aansprakelijk kan zijn.

Ten tweede voert verzoekster een schending aan van het recht van verdediging. De Commissie zou verzoekster niet in de gelegenheid hebben gesteld om haar standpunt kenbaar te maken alvorens de bestreden Beschikking vast te stellen en zou pas door toezending van de bestreden Beschikking verzoekster op de hoogte hebben gesteld van de bij beschikking van 14 augustus 2000 vastgestelde schuldvordering.

Ten derde voert verzoekster een schending aan van het evenredigheidsbeginsel. De Commissie zou verzoekster zes jaar na de vaststelling van de schuldvordering hoofdelijk aansprakelijk stellen zonder eerst zelf adequate maatregelen te nemen tegen Euroterroirs zelf, tegen het oprichtende lid, tevens bestuurder van Euroterroirs, Conseil national des Arts Culinairs (CNAC) te Frankrijk, of tegen de lidstaat Frankrijk. Bovendien zou de Nederlandse deskundige voor enkele inventariserende werkzaamheden in 1994/1995 in het kader van het project van Euroterroirs een vergoeding van slechts 13 055 euro hebben ontvangen.

Tenslotte voert verzoekster aan dat de schuldvordering verjaard is aangezien de Commissie de betrokken debetnota op 28 september 2000 aan Euroterroirs heeft gezonden, zonder nadien verzoekster tijdig in kennis te stellen van handelingen die de verjaringstermijn zouden kunnen schorsen.

____________

1 - Verordening (EEG) nr. 2137/85 van de Raad van 25 juli 1985 tot instelling van Europese economische samenwerkingsverbanden (EESV) (PB L 199, blz. 1).