Language of document :

Mededeling in het PB

 

Arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 18 september 2002 in zaak T-29/01: Carlos Puente Martín tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen1

(Ambtenaren ( Herplaatsing ( Inrichtingsvergoeding ( Opnieuw toekennen van invaliditeitspensioen ( Wederinrichtingsvergoeding ( Voorwaarden)

    (Procestaal: Spaans)

In zaak T-29/01, Carlos Puente Martín, ambtenaar van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, wonende te Madrid, vertegenwoordigd door O. González Correas, advocaat, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: J. Currall, J. Rivas-Andrés en J. Gutiérrez Gisbert), betreffende een beroep tot nietigverklaring van het besluit van de Commissie van 22 februari 2000 houdende weigering om verzoeker het totale bedrag van de inrichtingsvergoeding en de wederinrichtingsvergoeding te betalen nadat deze zich te Brussel en daarna terug te Madrid had gevestigd, heeft het Gerecht (Vierde kamer), samengesteld als volgt: M. Vilaras, president, V. Tiili en P. Mengozzi, rechters; griffier: J. Palacio González, administrateur, op 18 september 2002 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)Op de vordering om Spaans als procestaal te bezigen behoeft niet te worden beslist.

2)Verklaart het besluit van de Commissie van 22 februari 2000 nietig voorzover daarbij is geweigerd, verzoeker het totale bedrag van de inrichtingsvergoeding bedoeld in artikel 5, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut en de wederinrichtingsvergoeding bedoeld in artikel 6, lid 1, van bijlage VII bij het Statuut te betalen.

3)Veroordeelt de Commissie ertoe, verzoeker die vergoedingen te betalen, vermeerderd met moratoire interessen vanaf de datum waarop zij volgens bijlage VII bij het Statuut verschuldigd waren, tot op de datum van betaling, met aftrek van de bedragen die verzoeker reeds als inrichtingsvergoeding heeft ontvangen. Het jaarlijkse tarief van deze moratoire interessen wordt berekend aan de hand van het tarief dat door de Raad van gouverneurs van de Europese Centrale bank in de betrokken periode voor de belangrijkste herfinancieringstransacties wordt toegepast, vermeerderd met twee procentpunten.

4)Verwerpt het beroep voor het overige.

5)Verwijst de Commissie in de kosten.

C

____________

1 - PB C 118 van 21.4.2001.