Hogere voorziening ingesteld op 5 maart 2012 door Bernhard Rintisch tegen het arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 16 december 2011 in zaak T-109/09, Bernhard Rintisch / Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM)
(Zaak C-121/12 P)
Procestaal: Engels
Partijen
Rekwirant: Bernhard Rintisch (vertegenwoordiger: A. Dreyer, Rechtsanwalt)
Andere partijen in de procedure: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM), Valfleuri Pâtes alimentaires SA
Conclusies
het arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 16 december 2011 in zaak T-109/09 vernietigen;
het BHIM verwijzen in de kosten van de procedure.
Middelen en voornaamste argumenten
Rekwirant voert aan dat het bestreden arrest dient te worden vernietigd wegens schending door het Gerecht van artikel 74, lid 2, van verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad
2 [thans artikel 76, lid 2, van verordening (EG) nr. 207/2009] en wegens misbruik van bevoegdheid. Volgens rekwirant heeft het Gerecht artikel 74, lid 2, van verordening (EG) nr. 40/94 onjuist uitgelegd door te oordelen dat de kamer van beroep op goede gronden door rekwirant overgelegde documenten en bewijsstukken niet in aanmerking heeft genomen. Het Gerecht heeft blijk gegeven van een onjuiste opvatting door te oordelen dat de kamer van beroep terecht heeft geweigerd om gebruik te maken van haar beoordelingsvrijheid toen zij weigerde die documenten in aanmerking te nemen.
____________1 - Verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad van 20 december 1993 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 11, blz. 1).2 - Verordening (EG) Nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).