Language of document : ECLI:EU:C:2019:772

Zaak C507/17

Google LLC

tegen

Commission nationale de l’informatique et des libertés (CNIL),

[verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk)]

 Arrest van het Hof (Grote kamer) van 24 september 2019

„Prejudiciële verwijzing – Persoonsgegevens – Bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van die gegevens – Richtlijn 95/46/EG – Verordening (EU) 2016/679 – Zoekmachines op het internet – Verwerking van gegevens die worden vermeld op webpagina’s – Territoriale werkingssfeer van het recht op verwijdering van links”

1.        Harmonisatie van de wetgevingen – Bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens – Richtlijn 95/46, artikelen 12 en 14 – Recht van toegang van de betrokkene tot persoonsgegevens en recht van bezwaar tegen de verwerking van deze gegevens – Recht om te verzoeken om links naar webpagina’s uit de resultatenlijst te verwijderen – Voorwaarden

[Richtlijn 95/46 van het Europees Parlement en de Raad, art. 12, b), en 14, eerste alinea, a)]

(zie punt 44)

2.        Harmonisatie van de wetgevingen – Bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens – Richtlijn 95/46, artikelen 12 en 14 – Recht van toegang van de betrokkene tot persoonsgegevens en recht van bezwaar tegen de verwerking van deze gegevens – Via een zoekmachine uitgevoerde zoekopdracht op de naam van een persoon – Weergave van een resultatenlijst – Recht om te verzoeken dat die informatie niet langer ter beschikking wordt gesteld van het grote publiek

[Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 7 en 8; richtlijn 95/46 van het Europees Parlement en de Raad, art. 6, lid 1, c) tot en met e), 12, b), en 14, eerste alinea, a)]

(zie punt 45)

3.        Harmonisatie van de wetgevingen – Bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens – Richtlijn 95/46, artikel 4 – Toepasselijk nationaal recht – Verwerking van persoonsgegevens in het kader van de activiteiten van een vestiging van een exploitant van een zoekmachine op het grondgebied van een lidstaat – Werkingssfeer – Op de inwoners van die lidstaat gerichte promotie en verkoop door die vestiging van via deze zoekmachine aangeboden advertentieruimte – Daaronder begrepen

[Richtlijn 95/46 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, lid 1, a); verordening 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad, art. 3, lid 1]

(zie punten 49‑51)

4.        Harmonisatie van de wetgevingen – Bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens – Richtlijn 95/46 – Recht op rectificatie en op wissing van gegevens – Recht op verwijdering van links – Territoriale werkingssfeer – Verplichting voor de exploitant van een zoekmachine tot verwijdering van links beperkt tot alle lidstaatspecifieke versies van zijn zoekmachine – Verplichting voor die exploitant om doeltreffende maatregelen te nemen om internetgebruikers te beletten toegang tot de te verwijderen links te krijgen of om hen te ontmoedigen om toegang tot deze links te zoeken – Toetsing door de nationale rechterlijke instantie

[Richtlijn 95/46 van het Europees Parlement en de Raad, art. 12, b), en 14, eerste alinea, a), verordening 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad, art. 17, lid 1]

(zie punten 60‑73 en dictum)

Samenvatting

De exploitant van een zoekmachine is niet verplicht om links te verwijderen voor alle versies van zijn zoekmachine

Bij arrest van 24 september 2019, Google (Territoriale reikwijdte van de verwijdering van links) (C‑507/17), heeft de Grote kamer van het Hof geoordeeld dat de exploitant van een zoekmachine in beginsel links enkel hoeft te verwijderen voor alle lidstaatspecifieke versies van zijn zoekmachine.

De Commission nationale de l’informatique et des libertés (CNIL) (nationale commissie voor informatica en vrijheden, Frankrijk) heeft Google aangemaand om bij het inwilligen van een verzoek tot verwijdering van links naar webpagina’s waarop persoonsgegevens van een persoon voorkomen, deze links voor alle domeinnaamextensies van haar zoekmachine te verwijderen uit de resultatenlijst die wordt weergegeven na een zoekopdracht op de naam van de betrokkene. Nadat Google had geweigerd om aan deze aanmaning gevolg te geven, heeft de CNIL deze vennootschap een geldboete van 100 000 EUR opgelegd. De Conseil d’État (hoogste bestuursrechter, Frankrijk), waarbij Google de zaak aanhangig had gemaakt, heeft het Hof verzocht om de territoriale werkingssfeer van de verplichting voor de exploitant van een zoekmachine om uitvoering te geven aan het recht op verwijdering van links op grond van richtlijn 95/46(1) nader te bepalen.

Om te beginnen heeft het Hof in herinnering gebracht dat natuurlijke personen op grond van het Unierecht hun recht op verwijdering van links kunnen uitoefenen ten aanzien van de exploitant van een zoekmachine die een of meerdere vestigingen heeft op het grondgebied van de Unie, ongeacht of de verwerking van de persoonsgegevens (in casu de indexering van links naar webpagina’s met daarop de persoonsgegevens van de persoon die zich op dat recht beroept) in de Unie plaatsvindt(2).

Wat betreft de werkingssfeer van het recht op verwijdering van links heeft het Hof geoordeeld dat de exploitant van een zoekmachine niet gehouden is deze links te verwijderen voor alle versies van zijn zoekmachine, maar enkel voor alle lidstaatspecifieke versies ervan. In dit verband heeft het Hof opgemerkt dat een universele verwijdering van links, gelet op de kenmerken van het internet en van zoekmachines, weliswaar ten volle kan beantwoorden aan de doelstelling van de Uniewetgever die erin bestaat in de gehele Unie een hoog niveau van bescherming van persoonsgegevens te waarborgen, maar dat geenszins uit het Unierecht(3) blijkt dat de wetgever ter verwezenlijking van deze doelstelling ervoor heeft gekozen om aan het recht op verwijdering van links een werkingssfeer toe te kennen die verder reikt dan het grondgebied van de lidstaten. Het Unierecht heeft weliswaar mechanismen van samenwerking tussen de toezichthoudende autoriteiten van de lidstaten tot stand gebracht om te komen tot een gezamenlijk besluit dat gebaseerd is op een afweging tussen het recht op bescherming van het privéleven en van de persoonsgegevens enerzijds en het belang van het publiek van de verschillende lidstaten om toegang te hebben tot bepaalde informatie anderzijds, maar het voorziet thans met name niet in dergelijke mechanismen voor samenwerking wat betreft de reikwijdte van de verwijdering van links buiten de Unie.

Bij de huidige stand van zaken van het Unierecht dient de exploitant van een zoekmachine de links niet enkel te verwijderen voor de versie van de zoekmachine die specifiek is voor de lidstaat waar de begunstigde van de gevraagde verwijdering verblijft, maar voor alle lidstaatspecifieke versies van de zoekmachine, en dit met name om een consistent en hoog beschermingsniveau te bieden in de gehele Unie. Daarnaast dient deze exploitant indien nodig maatregelen te nemen die voldoende doeltreffend zijn om te beletten dat de internetgebruikers in de Unie toegang hebben tot de te verwijderen links, in voorkomend geval via een versie van de zoekmachine die specifiek is voor een derde staat, of om hen op zijn minst ernstig te ontmoedigen om toegang tot deze links te zoeken, en dient de nationale rechter na te gaan of de door de exploitant genomen maatregelen voldoen aan dit vereiste.

Ten slotte benadrukt het Hof dat het Unierecht de exploitant van een zoekmachine weliswaar niet verplicht om links voor alle versies van zijn zoekmachine te verwijderen, maar dat ook niet verbiedt. Bijgevolg is een toezichthoudende autoriteit of een rechterlijke instantie van een lidstaat nog steeds bevoegd om in het licht van de nationale maatstaven voor de bescherming van de grondrechten een afweging te maken tussen het recht van de betrokken persoon op eerbiediging van zijn privéleven en op bescherming van zijn persoonsgegevens enerzijds en de vrijheid van informatie anderzijds, en om na deze afweging de exploitant van de betreffende zoekmachine in voorkomend geval te gelasten links te verwijderen voor alle versies van die zoekmachine.


1      Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 1995 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (PB 1995, L 281, blz. 31). Deze richtlijn is met ingang van 25 mei 2018 ingetrokken bij verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB 2016, L 119, blz. 1).


2      Artikel 4, lid 1, onder a), van richtlijn 95/46, en artikel 3, lid 1, van verordening 2016/679.


3      Artikel 12, onder b), en 14, eerste alinea, onder a), van richtlijn 95/46, en artikel 17, lid 1, van verordening 2016/679.