Language of document :

Arrest van het Gerecht van 16 september 2013 – Dornbracht/Commissie

(Zaak T-386/10)1

(„Mededinging – Mededingingsregelingen – Belgische, Duitse, Franse, Italiaanse, Nederlandse en Oostenrijkse markt van badkamersanitair – Besluit waarbij inbreuk op artikel 101 VWEU en artikel 53 van EER-Overeenkomst is vastgesteld – Coördinatie van prijsverhogingen en uitwisseling van commercieel gevoelige informatie – Exceptie van onwettigheid – Zwaarte van inbreuk – Verzachtende omstandigheden – Gelijke behandeling – Evenredigheid – Geen terugwerkende kracht”)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Aloys F. Dornbracht GmbH & Co. KG (Iserlohn, Duitsland) (vertegenwoordigers: aanvankelijk H. Janssen, T. Kapp en M. Franz, vervolgens Janssen en Kapp, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: F. Castillo de la Torre en A. Antoniadis, gemachtigden, bijgestaan door A. Böhlke, advocaat)

Interveniënt aan de zijde van verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Simm en F. Florindo Gijón, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van besluit C(2010) 4185 definitief van de Commissie van 23 juni 2010 inzake een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/39.092 – Badkamersanitair), en, subsidiair, een verzoek tot verlaging van het bedrag van de geldboete die verzoekster bij dat besluit is opgelegd

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

Aloys F. Dornbracht GmbH & Co. KG zal haar eigen kosten dragen alsmede die van de Europese Commissie.

De Raad van de Europese Unie zal zijn eigen kosten dragen.

____________

____________

1     PB C 301 van 6.11.2010.