Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 1 september 2010 door Luigi Marcuccio tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 22 juni 2010 in zaak F-78/09, Marcuccio/Commissie

(Zaak T-366/10 P)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Rekwirant: Luigi Marcuccio (Tricase, Italië) (vertegenwoordiger: G. Cipressa, advocaat)

Andere partij in de procedure: Europese Commissie

Conclusies

in elk geval, de bestreden beschikking volledig vernietigen;

verklaren dat het beroep in eerste aanleg waarin de bestreden beschikking is gegeven, volledig ontvankelijk was;

primair, de vorderingen die rekwirant in eerste aanleg heeft ingediend volledig toewijzen;

de verwerende partij veroordelen tot vergoeding aan rekwirant van alle gerechtskosten en honoraria die hij in verband met alle instanties van de onderhavige zaak heeft gemaakt en nog zal maken;

subsidiair, de zaak terugverwijzen naar het Gerecht voor ambtenarenzaken in een nieuwe samenstelling voor een uitspraak over de zaak.

Middelen en voornaamste argumenten

Deze hogere voorziening is gericht tegen de beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (GVA) van 22 juni 2010. Bij die beschikking heeft het GVA rekwirants beroep, strekkende tot vergoeding van de schade die hij zou hebben geleden door de weigering van de verwerende partij om hem de invorderbare kosten te vergoeden die hij in zaak T-18/04, Marcuccio/Commissie, zou hebben gemaakt, kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

Ter onderbouwing van zijn vordering beroept rekwirant zich op een onjuiste en onredelijke uitlegging van het begrip verzoek in de zin van de artikelen 90 en 91 van het Ambtenarenstatuut, het volledig ontbreken van motivering, onjuiste opvatting en verdraaiing van de feiten en een verkeerde uitlegging van de rechtspraak betreffende de raming van de gerechtskosten waarin een partij is verwezen.

Rekwirant stelt voorts dat zijn recht om te worden gehoord en zijn rechten van verdediging zijn geschonden alsmede dat het GVA zich niet heeft uitgesproken over een aantal van zijn vorderingen.

____________