Language of document : ECLI:EU:T:2015:148





Arrest van het Gerecht (Derde kamer) van 9 maart 2015 – Deutsche Börse/Commissie

(Zaak T‑175/12)

„Mededinging – Concentraties – Markt voor financiële instrumenten – Europese markten voor derivaten – Besluit waarbij de concentratie onverenigbaar met de interne markt wordt verklaard – Beoordeling van de gevolgen van de concentratie voor de mededinging – Efficiëntiewinsten – Verbintenissen”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Voorwerp – Beschikking gebaseerd op meerdere redeneringen, die elk volstaan als grondslag voor het dispositief – Beschikking op het gebied van het toezicht op concentraties – Middelen waarmee uitdrukkelijk slechts één redenering wordt – Middelen die slagen – Voorwaarden (Art. 263 VWEU; verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2, lid 3) (cf. punten 46‑48, 50, 52‑57, 393, 394, 402‑405)

2.                     Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen [Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, c)] (cf. punt 59)

3.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Ontstaan of versterken van een machtspositie waardoor de daadwerkelijke mededinging op de interne markt aanzienlijk wordt belemmerd – Onderzoek door de Commissie – Prospectieve analyse – Bewijslast – Verplichting voor de Commissie om zich op deugdelijke bewijzen te baseren (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2, lid 3, en 8, lid 3) (cf. punten 61‑63)

4.                     Concentraties van ondernemingen – Onderzoek door de Commissie – Verbintenissen van de betrokken ondernemingen die de aangemelde concentratie verenigbaar met de interne markt kunnen maken – Verplichting voor de Commissie om de concentratie, zoals gewijzigd door de verbintenissen, te onderzoeken (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2, lid 3, en 8, leden 2 en 3) (cf. punten 64, 378)

5.                     Concentraties van ondernemingen – Onderzoek door de Commissie – Economische beoordelingen – Beoordelingsvrijheid – Rechterlijke toetsing – Grenzen (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2) (cf. punten 65‑67)

6.                     Concentraties van ondernemingen – Onderzoek door de Commissie – Afbakening van de relevante markt – Criteria – Afnemersmacht die van buitenaf druk op de markt vormt – Daarvan uitgesloten – Inaanmerkingneming als factor die de mededingingsverstorende gevolgen kan tegengaan (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2; mededeling 2004/C 31/03 van de Commissie) (cf. punt 126)

7.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Criteria – Globale beoordeling – Beoordeling op grond van aanwijzingen – Verplichting om bij voorkeur gebruik te maken van technische bewijselementen – Geen – Verplichting voor de Commissie om kwantitatieve analyses te verrichten – Geen (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 2) (cf. punten 132‑134)

8.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Ontstaan of versterken van een machtspositie waardoor de daadwerkelijke mededinging op de interne markt aanzienlijk wordt belemmerd – Inaanmerkingneming van efficiëntiewinsten – Criteria – Cumulatief (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, overweging 29; mededeling 2004/C 31/03 van de Commissie, punten 76‑88) (cf. punten 236‑239, 275, 357)

9.                     Concentraties van ondernemingen – Administratieve procedure – Eerbiediging van de rechten van de verdediging – Mededeling van punten van bezwaar – Voorlopig karakter – Verplichting voor de Commissie om in de eindbeschikking de verschillen tussen deze beschikking en haar voorlopige beoordelingen toe te lichten – Geen (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 18, lid 3; verordening nr. 802/2004 van de Commissie, art. 13, lid 2) (cf. punten 247‑251, 258, 344)

10.                     Concentraties van ondernemingen – Administratieve procedure – Mededeling van punten van bezwaar – Vereiste inhoud – Eerbiediging van de rechten van de verdediging – Invloed van de vaststelling, na de mededeling van de punten van bezwaar, van het bestaan van een probleem voor de mededinging dat in die mededeling niet of onvoldoende is uiteengezet (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 18, lid 3; verordening nr. 802/2004 van de Commissie, art. 13, lid 2) (cf. punt 252)

11.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Ontstaan of versterken van een machtspositie waardoor de daadwerkelijke mededinging op de interne markt aanzienlijk wordt belemmerd – Inaanmerkingneming van efficiëntiewinsten – Criteria – Controleerbaar – Bewijs – Verplichting om door een derde onafhankelijk te controleren gegevens over te leggen – Verplichting om documenten over te leggen die dateren van vóór de concentratie – Geen (Verordening nr. 139/2004 van de Raad; mededeling 2004/C 31/03 van de Commissie, punten 86 en 87) (cf. punten 262, 275, 361‑363, 372)

12.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Ontstaan of versterken van een machtspositie waardoor de daadwerkelijke mededinging op de interne markt aanzienlijk wordt belemmerd – Inaanmerkingneming van efficiëntiewinsten – Criteria – Voordeel voor de consumenten – Inaanmerkingneming van de mogelijkheid voor de partijen bij de concentratie om de efficiëntiewinsten te recupereren – Toelaatbaarheid (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, overweging 29; mededeling 2004/C 31/03 van de Commissie, punten 79, 80 en 84) (cf. punten 267‑269, 273, 276)

13.                     Concentraties van ondernemingen – Beoordeling van de verenigbaarheid met de interne markt – Ontstaan of versterken van een machtspositie waardoor de daadwerkelijke mededinging op de interne markt aanzienlijk wordt belemmerd – Inaanmerkingneming van efficiëntiewinsten – Criteria – Specifiek voor de concentratie – Efficiëntiewinsten die via minder mededingingsverstorende alternatieven kunnen worden verkregen – Daarvan uitgesloten (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, overweging 29; mededeling 2004/C 31/03 van de Commissie, punt 85) (cf. punten 282, 285, 287)

14.                     Concentraties van ondernemingen – Administratieve procedure – Mededeling van punten van bezwaar – Vereiste inhoud – Eerbiediging van de rechten van verdediging – Ondernemingen die in staat werden gesteld om hun standpunt over de door de Commissie aangevoerde feiten, bezwaren en omstandigheden kenbaar te maken – Aanwijzing toereikend uit het oogpunt van het recht te worden gehoord – Verplichting om het kader van de door de Commissie te verrichten analyse in detail mee te delen – Geen (Verordening nr. 139/2004 van de Raad, art. 18, lid 3; verordening nr. 802/2004 van de Commissie, art. 13, lid 2) (cf. punten 309, 314)

15.                     Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Vaststelling van het voorwerp van het geschil – Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen – Algemene verwijzing naar andere geschriften die bij het verzoekschrift zijn gevoegd – Niet-ontvankelijkheid [Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, c)] (cf. punt 354)

16.                     Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen – Aanvoering van nieuwe middelen in de loop van het geding – Vergelijkbare vereisten voor de ter ondersteuning van een middel aangevoerde argumenten – Grieven niet uiteengezet in het verzoekschrift – Niet-ontvankelijkheid [Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, c)] (cf. punten 399, 409)

17.                     Gerechtelijke procedure – Maatregelen tot organisatie van de procesgang – Verzoek tot overlegging van stukken – Beoordelingsvrijheid van de Unierechter (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 64, lid 4) (cf. punt 417)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van besluit C (2012) 440 van de Commissie van 1 februari 2012 waarbij een concentratie onverenigbaar met de interne markt en de EER-Overeenkomst is verklaard (zaak COMP/M.6166 – Deutsche Börse / NYSE Euronext)

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Deutsche Börse AG draagt haar eigen kosten alsook die van de Europese Commissie en Icap Securities Ltd.