Arrest van het Hof (Achtste kamer) van 8 juni 2017 – Dextro Energy/Commissie
(Zaak C‑296/16 P) (1)
„Hogere voorziening – Bescherming van de consument – Verordening (EG) nr. 1924/2006 – Andere gezondheidsclaims voor levensmiddelen dan claims voor ziekterisicobeperking en voor de ontwikkeling en de gezondheid van kinderen – Afwijzing van het verzoek tot inschrijving van bepaalde claims ondanks het gunstige advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA)”
1. Recht van de Europese Unie – Beginselen – Evenredigheid – Draagwijdte – Beoordelingsbevoegdheid van de Uniewetgever – Rechterlijke toetsing – Grenzen
(Art. 5, lid 4, VEU)
(zie punten 48‑50)
2. Hogere voorziening – Middelen – Onjuiste beoordeling van de feiten – Niet-ontvankelijkheid – Toetsing door het Hof van de beoordeling van de feiten en bewijzen door het Gerecht – Uitgesloten, behoudens het geval van onjuiste opvatting
(Art. 256, lid 1, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea)
(zie punten 56, 57, 73, 97)
3. Hogere voorziening – Middelen – Geen precieze kritiek op een onderdeel van de redenering van het Gerecht en geen juridische argumenten ter ondersteuning van de hogere voorziening – Niet-ontvankelijkheid
[Art. 256, lid 1, tweede alinea, VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 168, lid 1, d); Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea, en 169, lid 2]
(zie punten 60, 78, 86, 95, 101, 116)
4. Hogere voorziening – Middelen – Loutere herhaling van de voor het Gerecht aangevoerde middelen en argumenten – Niet-ontvankelijkheid
(Art. 256, lid 1, tweede alinea, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea)
(zie punt 61)
Dictum
1) | | De hogere voorziening wordt afgewezen. |
2) | | Dextro Energy GmbH & Co. KG wordt verwezen in de kosten. |