Language of document :

Beroep ingesteld op 17 december 2008 - STIM d'Orbigny/Commissie

(Zaak T-559/08)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Société de travaux industriels et maritimes d'Orbigny (STIM d'Orbigny SA) (Parijs, Frankrijk) (vertegenwoordiger: F. Froment-Meurice, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

de bestreden beschikking van de Commissie nietig verklaren;

nietig verklaren artikel 1 van de bestreden beschikking houdende verklaring (1) dat het door de Franse Staat aan SNCM uitgekeerde bedrag van 53,48 miljoen EUR onrechtmatige, maar met de gemeenschappelijke markt verenigbare staatssteun vormt (2) dat de negatieve verkoopprijs van SNCM van 158 miljoen EUR geen staatssteun vormt en (3) dat de herstructureringssteun ten bedrage van 15,81 miljoen EUR onrechtmatige, maar met de gemeenschappelijke markt verenigbare staatssteun vormt;

de Commissie veroordelen tot vergoeding aan STIM d'Orbigny van de kosten en uitgaven ten gevolge van de bestreden beschikking.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoekster vordert nietigverklaring van beschikking C(2008) 3182 def. van de Commissie van 8 juli 2008, waarin de Commissie heeft verklaard:

dat het door de Franse republiek aan de Société Nationale Maritime Corse-Méditerranée (hierna: "SNCM") wegens openbare-dienstverplichtingen uitgekeerde bedrag van 53,48 miljoen EUR onrechtmatige, maar met de gemeenschappelijke markt verenigbare staatssteun vormt;

dat de negatieve verkoopprijs van SNCM van 158 miljoen EUR, het op zich nemen door la Compagnie Générale Maritime et Financière (hierna; "CGMF") van sociale maatregelen ten behoeve van de werknemers voor een bedrag van 38,5 miljoen EUR en de daarmee samengaande herkapitalisatie van SNCM door CGMF voor een bedrag van 8,75 miljoen EUR geen staatssteun vormen;

dat de herstructureringssteun ten bedrage van 15,81 miljoen EUR van de Franse Republiek ten gunste van SNCM onrechtmatige, maar met de gemeenschappelijke markt verenigbare staatssteun vormt.

Tot staving van haar beroep voert verzoekster drie middelen aan:

gebrek aan motivering:

de Commissie heeft verzuimd de betrokken markt af te bakenen of de positie van de concurrerende ondernemingen te preciseren;

de Commissie heeft niet geantwoord op bepaalde argumenten van de Compagnie Méridionale de Navigation, die op de betrokken markt actief is;

de Commissie heeft niet vastgesteld dat onverenigbaar is met de gemeenschappelijke markt de kapitaalinbreng boven de 15,81 miljoen EUR die verenigbaar met de gemeenschappelijke markt waren verklaard;

kennelijk onjuiste beoordelingen met betrekking tot:

de toepassing van artikel 86, lid 2, EG op de kapitaalinbreng van 53,48 miljoen EUR wegens openbare-dienstverplichtingen. Met dit bedrag zijn twee keer dezelfde openbare-dienstverplichtingen vergoed, waardoor een te hoge vergoeding heeft gediend als compensatie voor een aan gebrekkig beheer te wijten deficit en het feit dat SNCM niet in staat is geweest haar productiviteit doeltreffend te verbeteren;

de negatieve verkoopprijs van SNCM van 158 miljoen EUR, waarin staatssteun besloten moet liggen. De Commissie heeft het gedrag van een particuliere investeerder in een markteconomie onjuist beoordeeld en ten onrechte geoordeeld dat bij een vordering tot aanvulling van het passief tegen de Staat in geval van een eventuele liquidatie de verkoop van SNCM tegen een negatieve prijs als de goedkoopste oplossing kon worden beschouwd;

de kapitaalinbreng door CGMF ten bedrage van 8,75 miljoen EUR. De Commissie heeft niet alle economische, financiële en juridische elementen in haar oordeel betrokken en heeft niet aangetoond dat de inbreng van CGMF geen staatssteun vormt;

de inbreng in rekening-courant door CGMF van 38,5 miljoen EUR als sociale maatregel ten behoeve van de werknemers. SNCM wordt hierdoor geplaatst in een gunstiger situatie dan uit de markt zou hebben geresulteerd;

de staatssteun van 22,52 miljoen EUR. In casu is niet geverifieerd of deze steun verenigbaar is met de communautaire richtsnoeren;

miskenning van de beginselen van evenredigheid en uniciteit van de steunmaatregelen. De begunstigde van de steun SNCM heeft niet aanzienlijk tot de herstructurering bijgedragen met eigen middelen of een externe financiering tegen marktvoorwaarden en de in 2006 getroffen maatregelen vormen onrechtmatige steun aan een onderneming door de Franse Republiek.

____________