Language of document :

Arrest van het Hof (Derde kamer) van 2 april 2020 – Europese Commissie / Republiek Polen, Commissie / Hongarije, Commissie / Tsjechische Republiek

(Gevoegde zaken C-715/17, C-718/17 en C-719/17)1

[Niet-nakoming – Besluiten (EU) 2015/1523 en (EU) 2015/1601 – Artikel 5, leden 2 en 4 tot en met 11, van deze besluiten – Voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van de Helleense Republiek en de Italiaanse Republiek – Noodsituatie ten gevolge van een plotselinge toestroom van onderdanen van derde landen op het grondgebied van bepaalde lidstaten – Herplaatsing van die onderdanen op het grondgebied van de andere lidstaten – Herplaatsingsprocedure – Verplichting van de lidstaten om op gezette tijden en ten minste om de drie maanden mee te delen hoeveel aanvragers van internationale bescherming snel op hun grondgebied konden worden herplaatst – Daaropvolgende verplichtingen tot daadwerkelijke herplaatsing – Belangen van de lidstaten inzake nationale veiligheid en openbare orde – Mogelijkheid voor een lidstaat om artikel 72 VWEU in te roepen om bindende handelingen van Unierecht niet uit te voeren]

Procestalen: Tsjechisch, Hongaars en Pools

Partijen

(Zaak C-715/17)

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: Z. Malůšková, A. Stobiecka-Kuik, G. Wils en A. Tokár, gemachtigden)

Verwerende partij: Republiek Polen (vertegenwoordigers: E. Borawska-Kędzierska en B. Majczyna, gemachtigden)

Interveniënten aan de zijde van de Republiek Polen: Tsjechische Republiek (vertegenwoordigers: M. Smolek, J. Vláčil, J. Pavliš en A. Brabcová, gemachtigden), Hongarije (vertegenwoordiger: M. Z. Fehér, gemachtigde)

(Zaak C-718/17)

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: Z. Malůšková, A. Stobiecka-Kuik, G. Wils en A. Tokár, gemachtigden)

Verwerende partij: Hongarije (vertegenwoordigers: M. Z. Fehér en G. Koós, gemachtigden)

Interveniëntes aan de zijde van Hongarije: Tsjechische Republiek (vertegenwoordigers: M. Smolek, J. Vláčil, J. Pavliš en A. Brabcová, gemachtigden), Republiek Polen (vertegenwoordigers: E. Borawska-Kędzierska en B. Majczyna, gemachtigden)

(Zaak C-719/17)

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: Z. Malůšková, A. Stobiecka-Kuik, G. Wils en A. Tokár, gemachtigden)

Verwerende partij: Tsjechische Republiek (vertegenwoordigers: M. Smolek, J. Vláčil, J. Pavliš en A. Brabcová, gemachtigden)

Interveniënten aan de zijde van de Tsjechische Republiek: Hongarije (vertegenwoordiger: M. Z. Fehér, gemachtigde), Republiek Polen (vertegenwoordigers: E. Borawska-Kędzierska en B. Majczyna, gemachtigden)

Dictum

De zaken C-715/17, C-718/17 en C-719/17 worden gevoegd voor het arrest.

Door niet op gezette tijden en ten minste om de drie maanden een passend aantal aanvragers van internationale bescherming op te geven dat snel op haar grondgebied kon worden herplaatst, is de Republiek Polen sinds 16 maart 2016 de verplichtingen niet nagekomen die op haar rustten krachtens artikel 5, lid 2, van besluit (EU) 2015/1523 van de Raad van 14 september 2015 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en van Griekenland, en artikel 5, lid 2, van besluit (EU) 2015/1601 van de Raad van 22 september 2015 tot vaststelling van voorlopige maatregelen op het gebied van internationale bescherming ten gunste van Italië en Griekenland, en is zij dientengevolge ook de daaropvolgende herplaatsingsverplichtingen niet nagekomen die op haar rustten krachtens artikel 5, leden 4 tot en met 11, van deze twee besluiten.

Door niet op gezette tijden en ten minste om de drie maanden een passend aantal aanvragers van internationale bescherming op te geven dat snel op zijn grondgebied kon worden herplaatst, is Hongarije sinds 25 december 2015 zijn verplichtingen krachtens artikel 5, lid 2, van besluit 2015/1601 niet nagekomen, en is het dientengevolge ook zijn daaropvolgende herplaatsingsverplichtingen krachtens artikel 5, leden 4 tot en met 11, van dit besluit niet nagekomen.

Door niet op gezette tijden en ten minste om de drie maanden een passend aantal aanvragers van internationale bescherming op te geven dat snel op haar grondgebied kon worden herplaatst, is de Tsjechische Republiek sinds 13 augustus 2016 de verplichtingen niet nagekomen die op haar rustten krachtens artikel 5, lid 2, van besluit 2015/1523 en artikel 5, lid 2, van besluit 2015/1601, en is zij dientengevolge ook de daaropvolgende herplaatsingsverplichtingen niet nagekomen die op haar rustten krachtens artikel 5, leden 4 tot en met 11, van deze twee besluiten.

De Republiek Polen wordt verwezen in haar eigen kosten in de zaken C-715/17, C-718/17 en C-719/17, en in die van de Europese Commissie in zaak C-715/17.

Hongarije wordt verwezen in zijn eigen kosten in de zaken C-715/17, C-718/17 en C-719/17, en in die van de Europese Commissie in zaak C-718/17.

De Tsjechische Republiek wordt verwezen in haar eigen kosten in de zaken C-715/17, C-718/17 en C-719/17, en in die van de Europese Commissie in zaak C-719/17.

____________

1 PB C 112 van 26.3.2018.