Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 9 april 2024 door Dexia Crédit Local tegen het arrest van het Gerecht (Achtste kamer – uitgebreid) van 24 januari 2024 in zaak T-405/21, Dexia Crédit Local / GAR

(Zaak C-254/24 P)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirante: Dexia, voorheen Dexia Crédit Local (vertegenwoordigers: H. Gilliams en J.-M. Gollier, advocaten)

Andere partijen in de procedure: Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad, Europees Parlement, Raad van de Europese Unie, Europese Commissie

Conclusies

Rekwirante verzoekt het Hof:

het arrest van het Gerecht van de Europese Unie van 24 januari 2024, Dexia Crédit Local / CRU (T-405/21, ECLI:EU:T:2024:33), gedeeltelijk te vernietigen voor zover de beslissing van de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad („GA”) van 14 april 2021 over de berekening van de bijdragen van vóór 2021 aan het Gemeenschappelijk Afwikkelingsfonds, met referentie SRB/ES/2021/22 („beslissing van de GA”), daarbij nietig wordt verklaard maar de gevolgen ervan niettemin tijdelijk worden gehandhaafd;

de beslissing van de GA nietig te verklaren, en

de GA te verwijzen in de kosten van de procedure (inclusief de procedure bij het Gerecht).

Middelen en voornaamste argumenten

Ter onderbouwing van haar hogere voorziening voert verzoekster vier middelen aan.

1.    Eerste middel: het Gerecht heeft geoordeeld dat de artikelen 5, 69 en 70 van verordening nr. 806/20141 voldoen aan de vereisten van artikel 114, lid 1, VWEU.

2.    Tweede middel: het Gerecht heeft geoordeeld dat de artikelen 69 en 70 van verordening nr. 806/2014 geen fiscale bepalingen vormen in de zin van artikel 114, lid 2, VWEU.

3.    Derde middel: het Gerecht heeft geoordeeld dat de manier waarop verzoekster is behandeld, niet indruist tegen het gelijkheidsbeginsel.

4.    Vierde middel: het Gerecht heeft geoordeeld dat de manier waarop verzoekster is behandeld, niet indruist tegen het evenredigheidsbeginsel.

____________

1     Verordening (EU) nr. 806/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk afwikkelingsfonds en tot wijziging van verordening (EU) nr. 1093/2010 (PB 2014, L 225, blz. 1).