Language of document :

Beschikking van het Gerecht voor ambtenarenzaken (Tweede kamer) van 30 juni 2006 - Ott e.a. / Commissie

(Zaak F-87/05)1

(Ambtenaren - Bevorderingsronde 2004 - Niet-plaatsing op lijst van bevorderde ambtenaren - Artikel 111 van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht van eerste aanleg - Beroep gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk kennelijk ongegrond)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekers: Martial Ott (Oberanven, Luxemburg), Fernando Lopez Tola (Luxemburg, Luxemburg) en Francis Weiler (Itzig, Luxemburg) (vertegenwoordigers: G. Bounéou en F. Frabetti, advocaten)

Verweerster: Commissie (vertegenwoordigers: C. Berardis-Kayser en D. Martin als gemachtigden)

Voorwerp van de zaak

Enerzijds nietigverklaring van het besluit van 30 november 2004, gepubliceerd in de Mededelingen van de Administratie nr. 130 2004 van 30 november 2004, waarbij de Commissie van de Europese Gemeenschappen de lijst van de in het kader van bevorderingsronde 2004 bevorderde ambtenaren heeft vastgesteld, voorzover deze lijst niet verzoekers' namen bevat, en subsidiair, nietigverklaring van de toekenning van de promotiepunten tijdens bevorderingsronde 2004.

Dictum van de beschikking

Het beroep wordt gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk kennelijk ongegrond verklaard.

Elk der partijen zal de eigen kosten dragen.

____________

1 - PB C 315 van 10.12.2005 (deze zaak was aanvankelijk bij het Gerecht van eerste aanleg ingeschreven onder nummer T-349/05 en is bij beschikking van 15 december 2005 doorgezonde naar het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie).