Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 10 oktober 2012 –
Shanghai Biaowu High-Tensile Fasteners en Shanghai Prime Machinery/Raad

(Zaak T‑170/09)

„Dumping – Invoer van bepaalde soorten ijzeren of stalen bevestigingsmiddelen van oorsprong uit China – Status van marktgerichte onderneming – Termijn voor vaststelling van beschikking betreffende deze status – Beginsel van behoorlijk bestuur – Bewijslast – Motiveringsplicht – Artikel 2, lid 7, sub b en c, en lid 10, van verordening (EG) nr. 384/96 [thans artikel 2, lid 7, sub b en c, en lid 10, van verordening (EG) nr. 1225/2009]”

1.                     Beroep tot nietigverklaring – Natuurlijke of rechtspersonen – Handelingen die hen rechtstreeks en individueel raken – Verordeningen tot instelling van antidumpingrechten – Uiteenlopende rechten opgelegd aan aantal ondernemingen – Ontvankelijkheid voor elke onderneming beperkt tot bepalingen van verordening die haar betreffen (Art. 230, vierde alinea, EG) (cf. punten 42, 43)

2.                     Gemeenschappelijke handelspolitie – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Dumpingmarge – Vaststelling van normale waarde – Invoer uit landen zonder markteconomie in zin van artikel 2, lid 7, sub b, van verordening nr. 384/96 – Procedure tot beoordeling van voorwaarden op basis waarvan producent aanspraak kan maken op status van marktgerichte onderneming – Overschrijding door de Commissie van termijn van drie maanden van artikel 2, lid 7, sub c, tweede alinea, van deze verordening – Gevolgen (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, lid 7, sub c) (cf. punten 45, 48‑50, 52, 54, 59, 60, 62)

3.                     Recht van de Europese Unie – Uitlegging – Methoden – Letterlijke, systematische, historische en teleologische uitlegging – Inaanmerkingneming van motivering van betrokken handeling (cf. punten 68‑70)

4.                     Gemeenschappelijke handelspolitiek – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Dumpingmarge – Vaststelling van normale waarde – Invoer uit landen zonder markteconomie in zin van artikel 2, lid 7, sub b, van verordening nr. 384/96 – Toepassing van regels voor landen met markteconomie – Strikte uitlegging (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, lid 7, sub a en b) (cf. punten 74‑78, 82‑84, 87‑89)

5.                     Gemeenschappelijke handelspolitiek – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Dumpingmarge – Vaststelling van normale waarde – Toekenning van status van marktgerichte onderneming – Voorwaarden – Bewijslast berustend op producenten – Door instellingen te verrichten beoordeling van bewijselementen – Rechterlijke toetsing – Grenzen (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, lid 7, sub b en c) (cf. punten 91, 92, 99, 100)

6.                     Gemeenschappelijke handelspolitiek – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Dumpingmarge – Vaststelling van normale waarde – Toekenning van status van marktgerichte onderneming – Voorwaarden – Bewijslast berustend op producenten – Onredelijkheid van deze last – Geen (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, lid 7, sub b en c) (cf. punten 106‑108)

7.                     Gemeenschappelijke handelspolitiek – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Dumpingmarge – Vergelijking tussen normale waarde en uitvoerprijs – Correcties – Verschillen in grondstofprijzen die prijzen van betrokken producten beïnvloeden – Prijsverschillen die moeten worden aangetoond in kader van een enkele binnenlandse markt en niet in vergelijking met andere markten (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 2, leden 7, sub a, en 10, sub k) (cf. punten 122, 123)

8.                     Handelingen van de instellingen – Motivering – Verplichting – Draagwijdte/Strekking/Omvang – Verordeningen tot instelling van antidumpingrechten (Art. 253 EG) (cf. punt 126)

9.                     Gemeenschappelijke handelspolitiek – Bescherming tegen dumpingpraktijken – Onderzoek – Eerbiediging van rechten van verdediging – Verplichting van instellingen om betrokken ondernemingen informatie te verstrekken (Verordening nr. 384/96 van de Raad, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1225/2009, art. 6, lid 7, en 20, lid 1) (cf. punten 130‑132, 135)

Voorwerp

Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van verordening (EG) nr. 91/2009 van de Raad van 26 januari 2009 tot instelling van een definitief antidumpingrecht op bepaalde soorten ijzeren of stalen bevestigingsmiddelen van oorsprong uit de Volksrepubliek China (PB L 29, blz. 1)

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Shanghai Biaowu High-Tensile Fastener Co. Ltd en Shanghai Prime Machinery Co. Ltd zullen naast hun eigen kosten ook de kosten dragen die de Raad van de Europese Unie en European Industrial Fasteners Institute AISBL zijn opgekomen.

3) De Europese Commissie zal haar eigen kosten dragen.