Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 4 maart 2002 ingesteld door Maria Concetta Cerafogli en Paolo Poloni tegen Europese Centrale Bank

    (Zaak T-63/02)

    Procestaal: Duits

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 4 maart 2002 beroep ingesteld tegen Europese Centrale Bank door Maria Concetta Cerafogli en Paolo Poloni, wonende te Frankfurt am Main, vertegenwoordigd door Boris Karthaus, Christian Roth en Tanja Raab-Rhein, advocaten, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg.

Verzoekers concluderen dat het het Gerecht behage:

1)hun salarisafrekening voor juli 2001 nietig te verklaren;

2)verweerster te veroordelen om hen voor juli 2001 een salarisafrekening te bezorgen die is gebaseerd op een jaarlijkse salarisaanpassing van minimum 2,7 %;

3)subsidiair, verweerster te veroordelen om hen een salarisafrekening te bezorgen die in overeenstemming is met de rechtsopvatting van het Gerecht;

4)verweerster te veroordelen tot betaling van het verschil tussen de afrekeningen bedoeld in punt 2, subsidiair punt 3, en het reeds betaalde bedrag;

5)verweerster in de kosten te verwijzen.

Middelen en voornaamste argumenten:

Verzoekers komen op tegen de jaarlijkse salarisaanpassing voor 2001 voor de personeelsleden van de Europese Centrale Bank. In 1999 besloot verweersters Raad van bestuur dat de jaarlijkse salarisaanpassing zou worden gebaseerd op de gemiddelde evolutie van de nominale salarissen van de vijftien nationale banken en van de Bank voor Internationale Betalingen, als "centrale bank" van de centrale banken. Deze methode zou drie jaar worden toegepast. Bij brief van 11 juli 2001 deelde verweersters vice-president het Staff Comittee mee, dat de Raad van bestuur voor de salarisaanpassing in 2001 overeenkomstig het voorstel van de directie de in 1999 vastgestelde methode zou hanteren. Uit een bij die brief gevoegde tabel bleek dat de salarisaanpassing voor 2001 in werking zou treden op 1 juli 2001 en 2,2 % zou bedragen.

Op 13 juli 2001 ontvingen verzoekers salarisafrekeningen die waren gebaseerd op de nieuwe berekening.

Verzoekers vorderen nietigverklaring van de salarisafrekeningen voor juli 2001. Zij stellen, dat het Staff Committee niet is geraadpleegd over de salarisaanpassing voor 2001, die derhalve onwettig is. Verder is de berekeningsmethode die voor de salarisaanpassing in juli 2001 is toegepast, in strijd met artikel 13 van de Conditions of Employment, daar zij resulteren in een verlies van koopkracht op de plaats van tewerkstelling. Een juiste berekeningsmethode moet minstens het indexcijfer in aanmerking nemen en derhalve tot een resultaat van 2,7 % komen.

____________