Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 11 januari 2005 ingesteld door Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen vennootschap "PARTHENON A.E."

(Zaak T-7/05)

Procestaal: Grieks

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 11 januari 2005 door de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door D. Triantafyllou van de juridische dienst, bijgestaan door N. Korogiannakis, advocaat, beroep ingesteld tegen de vennootschap "PARTHENON ANONYMOS ETAIREIA OIKODOMIKON - TOURISTIKON - BIOMICHANIKON - EMPORIKON KAI EXAGOGIKON ERGASION".

Verzoekster concludeert dat het het Gerecht behage:

-    verweerster te veroordelen tot betaling van een bedrag van 325 452,80 EUR, zijnde 259 800 EUR als hoofdsom en 65 652,80 EUR als vertragingsrente tot 10 januari 2005;

-    verweerster bovendien te veroordelen tot betaling van rente ten bedrage van 71,18 EUR per dag tot de volledige voldoening van haar vordering;

-    verweerster te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

De Europese Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Europese Commissie, heeft met verweerster als coördinator en deelneemster van een samenwerkingsverband een contract gesloten ter uitvoering van de bepalingen van het speciale programma voor "onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie op het gebied van de Landbouw en de Visserij". Het contract betrof met name de uitvoering van het project met de titel "ontwikkeling van een nieuwe methode voor het schoonmaken en pellen van fruit" en moest worden uitgevoerd binnen 24 maanden na 1 september 1998. In het kader van het contract ging de Commissie de verplichting aan om aan de goede uitvoering van het project economisch bij te dragen tot 50 % van de toegestane uitgaven en tot een bedrag van ten hoogste 433 000 ECU.

Omdat het werk op de overeengekomen datum (31/8/2000) niet was voltooid en verweerster ook niet het wetenschappelijke verslag en het overzicht van de kosten had ingediend zoals in het contract was bepaald, besloot de Commissie het contract te beëindigen met ingang van 24 februari 2001. Uit de daaropvolgende briefwisseling tussen verweerster en de Commissie zijn naar de mening van de Commissie geen nieuwe gegevens naar voren gekomen die tot wijziging van de inhoud van het besluit van de Commissie kunnen leiden.

Met haar beroep vordert de Commissie terugbetaling van het bedrag van 259 800 EUR die zij aan verweerster heeft betaald als voorschot op haar economische bijdrage aan de uitvoering van het werk, alsook betaling van de rente over dat bedrag, overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van Grieks recht die uit hoofde van het contract van toepassing zijn.

____________