Language of document :

Beroep ing25 september 2015 – Bank Refah Kargaran/Raad

(Zaak T-552/15)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Bank Refah Kargaran (Teheran, Iran) (vertegenwoordiger: J.-M. Thouvenin, advocaat)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

Verzoekster verzoekt het Gerecht te oordelen:

dat de Europese Unie niet-contractueel aansprakelijk is doordat de Raad van de Europese Unie ten aanzien van BRK de beperkende maatregel heeft vastgesteld en gehandhaafd die het Gerecht bij arrest van 6 september 2013 (T-25/11) nietig had verklaard;

dat de Europese Unie dientengevolge de schade moet vergoeden die verzoekster daardoor heeft geleden;

dat de materiële schade 68 651 318 EUR bedraagt, te vermeerderen met de wettelijke rente en elk ander bedrag dat gerechtvaardigd is;

dat de morele schade 52 547 415 EUR bedraagt, te vermeerderen met de wettelijke rente en elk ander bedrag dat gerechtvaardigd is;

subsidiair, dat de bedragen die uit hoofde van morele schade worden gevorderd, geheel of gedeeltelijk als materiële schade worden beschouwd en als zodanig in rekening worden gebracht;

dat de Raad wordt verwezen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vijf middelen aan. Twee van die middelen hebben betrekking op de niet-contractuele aansprakelijkheid van de Europese Unie en de drie andere op de schade die het gevolg is van de door de Raad van de Europese Unie begane onrechtmatigheid.

Niet-contractuele aansprakelijkheid van de Europese Unie

Eerste middel: de aan de Raad verweten gedraging (vaststelling en handhaving van een maatregel tot bevriezing van verzoeksters tegoeden) is onrechtmatig, hetgeen naar behoren is vastgesteld bij arrest van 6 september 2013, Bank Refah Kargaran/Raad, T‑24/11, Jurispr., EU:T:2013:403.Tweede middel: de door de Raad begane onrechtmatigheid is een voldoende kwalificeerde schending van rechtsregels die tot doel hebben particulieren rechten toe te kennen.Schade die het gevolg is van de door de Raad van de Europese Unie begane onrechtmatigh

eidDerde middel: staking van de activiteiten van verzoekster met in de Europese Unie gevestigde instellingen als gevolg van de bevriezing van haar tegoeden.Vierde midde

l: gederfd inkomen als gevolg van de bevriezing van de kredietlijnen.Vijfde middel: morel

e schade.

____________