Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Sofiyski rayonen sad (Bulgarije) op 1 december 2023 – T.P.T. / „Financial Bulgaria” EOOD

(Zaak C-744/23, Zlakov1 )

Procestaal: Bulgaars

Verwijzende rechter

Sofiyski rayonen sad (Bulgarije)

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: T.P.T.

Verwerende partij: „Financial Bulgaria” EOOD

Prejudiciële vragen

1.    Moeten „diensten” in de zin van artikel 2, lid 1, onder [c], artikel 24, lid 1, artikel 26, lid 1, onder b), en artikel 28 van richtlijn 2006/112/EG1 van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde aldus worden uitgelegd dat zij de volgende handelingen omvatten:

1.    het om niet verrichten van juridische diensten (pro bono) door een advocaat van een partij in een gerechtelijke procedure[?]

2.    het om niet verrichten van juridische diensten (pro bono) door een advocaat van een partij die in het geding in het gelijk is gesteld, waarbij de rechter aan de advocaat het honorarium toekent dat hij zou hebben ontvangen indien het in het kader van een overeenkomst voor rechtsbescherming en bijstand in rechte was overeengekomen[?]

2.    Moet „het om niet verrichten van diensten” in de zin van artikel 26, lid 1, onder b), van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde aldus worden uitgelegd dat het de volgende handelingen omvat:

1.    het om niet verrichten van juridische diensten (pro bono) door een advocaat van een partij in een gerechtelijke procedure[?]

2.    het om niet verrichten van juridische diensten (pro bono) door een advocaat van een partij die in het geding in het gelijk is gesteld, waarbij de rechter aan de advocaat het honorarium toekent dat hij zou hebben ontvangen indien het in het kader van een overeenkomst voor rechtsbescherming en bijstand in rechte was overeengekomen[?]

3.    Moet „een dienst onder bezwarende titel” in de zin van artikel 2, lid 1, onder [c], artikel 24, lid 1, en artikel 26, lid 1, onder b), van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde aldus worden uitgelegd dat hieronder wordt begrepen het om niet verrichten van een juridische dienst (pro bono) door een advocaat voor een partij die in het geding in het gelijk is gesteld, waarbij de rechter aan de advocaat het honorarium toekent dat hij zou hebben ontvangen indien het in het kader van een overeenkomst voor rechtsbescherming en bijstand in rechte was overeengekomen[?]

4.    Moet „belastingplichtige” in de zin van de artikelen 28 en 75 van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde aldus worden uitgelegd dat hieronder moet worden verstaan:

1.    een advocaat (eenmansadvocatenkantoor) die in een gerechtelijke procedure om niet (pro bono) juridische diensten heeft verleend aan een partij [?]

2.    een advocaat (eenmansadvocatenkantoor) die om niet juridische diensten (pro bono) heeft verleend aan een partij die in het geding in het gelijk is gesteld, waarbij de rechter aan de advocaat (eenmansadvocatenkantoor) het honorarium toekent dat hij zou hebben ontvangen indien het in het kader van een overeenkomst voor rechtsbescherming en bijstand in rechte was overeengekomen[?]

____________

1 De naam van deze zaak is fictief. Hij komt niet overeen met de echte naam van een van de partijen in de procedure.

1 PB 2006, L 347, blz. 1.