Beschikking van het Gerecht (Achtste kamer) van 13 september 2011 – CEVA/Commissie

(Zaak T‑224/09)

„Beroep tot nietigverklaring – Specifiek programma voor onderzoek en technologische ontwikkeling op gebied van ,Energie, milieu en duurzame ontwikkeling’ – PROTOP-project – Subsidieovereenkomst – Verzoek tot terugbetaling van in kader van overeenkomst inzake onderzoeksfinanciering betaalde voorschotten – Onderaanneming – Aanmaningsbrief – Niet voor beroep vatbare handeling – Niet-ontvankelijkheid”

1.                     Procedure – Verplichting voor Gerecht om mondelinge behandeling aan te vatten alvorens uitspraak te doen op exceptie van niet-ontvankelijkheid – Geen (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 111‑114) (cf. punten 29‑31)

2.                     Procedure – Rechtsgrondslag van beroep – Keuze die aan verzoeker en niet aan Unierechter toekomt (cf. punt 33)

3.                     Beroep tot nietigverklaring – Handelingen waartegen beroep kan worden ingesteld – Begrip – Handelingen die bindende rechtsgevolgen sorteren – Voorbereidende handelingen – Aanmaning van Commissie tot invordering van schuldvordering – Daarvan uitgesloten (Art. 230 EG) (cf. punten 49‑50, 55‑60, 64)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van de aanmaningsbrief van de Commissie van 6 april 2009 waarin verzoekster wordt verzocht om terugbetaling van de door de Commissie betaalde voorschotten in het kader van een subsidieovereenkomst voor een project binnen het specifieke programma voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie „Energie, milieu en duurzame ontwikkeling”

Dictum

1) Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.

2) Centre d’étude et de valorisation des algues SA (CEVA) wordt verwezen in de kosten.